2/29/2004
Achtbaan
Donderdag zag ik het wel zitten, die operatie van mijn vader, het had Johan Cruyff ook goed gedaan, het begin van zijn nieuwe leven,
vrijdagmorgen vreesde ik dat mijn vader doodging, ik kon me niet voorstellen dat het goed zou gaan, het openzagen van je ribbenkas, het snijden in aderen in je been om die vervolgens aan je hart te plakken, chirurgen die het hart 'in hun handen nemen',
vrijdagmiddag was ik ervan overtuigd dat hij dood zou gaan, ik zag de verschillende scenario's in detail voor me, wie mij het slechte nieuws zou brengen, wat nu verder te doen,
vrijdagavond zag ik mijn vader, koud een uur na de operatie en 'nog niet geheel op temperatuur' (operereren geschiedt met een lichaamstemperatuur van 26 graden, de patienten moeten daarna opwarmen) en heel heel ver weg, hij lag stiller dan doodstil en ik dacht, nee, ik meende te weten dat dit nooit meer goed zou komen, hoe hij daar lag aan de apparaten aan slangen en beeldschermen en bloed op het laken tussen allemaal rochelende en comateuze patienten op Intensive Care waar het ritme van de beademingsappartuur de menselijke geluiden overstemt, waar de verpleegkundigen in groene pakken lopen en met monddoekjes van piepend apparaat naar alarm rennen,
vrijdagnacht was ik er zeker van dat hij het niet zou halen, want ik zag de hele tijd voor me hoe hij daar lag opgebaard tussen die machines,
zaterdagochtend kreeg ik een telefoontje dat mijn vader wakker was geworden, hij was wakker! en hij praatte, vader-sneeuwitje ontwaakt,
zaterdagavond bezocht ik hem en sprak hem, nog high van morfine,
vandaag ben ik tien kilo lichter. De zorgen zijn verdwenen. Mijn vader eet vanillevla.
Donderdag zag ik het wel zitten, die operatie van mijn vader, het had Johan Cruyff ook goed gedaan, het begin van zijn nieuwe leven,
vrijdagmorgen vreesde ik dat mijn vader doodging, ik kon me niet voorstellen dat het goed zou gaan, het openzagen van je ribbenkas, het snijden in aderen in je been om die vervolgens aan je hart te plakken, chirurgen die het hart 'in hun handen nemen',
vrijdagmiddag was ik ervan overtuigd dat hij dood zou gaan, ik zag de verschillende scenario's in detail voor me, wie mij het slechte nieuws zou brengen, wat nu verder te doen,
vrijdagavond zag ik mijn vader, koud een uur na de operatie en 'nog niet geheel op temperatuur' (operereren geschiedt met een lichaamstemperatuur van 26 graden, de patienten moeten daarna opwarmen) en heel heel ver weg, hij lag stiller dan doodstil en ik dacht, nee, ik meende te weten dat dit nooit meer goed zou komen, hoe hij daar lag aan de apparaten aan slangen en beeldschermen en bloed op het laken tussen allemaal rochelende en comateuze patienten op Intensive Care waar het ritme van de beademingsappartuur de menselijke geluiden overstemt, waar de verpleegkundigen in groene pakken lopen en met monddoekjes van piepend apparaat naar alarm rennen,
vrijdagnacht was ik er zeker van dat hij het niet zou halen, want ik zag de hele tijd voor me hoe hij daar lag opgebaard tussen die machines,
zaterdagochtend kreeg ik een telefoontje dat mijn vader wakker was geworden, hij was wakker! en hij praatte, vader-sneeuwitje ontwaakt,
zaterdagavond bezocht ik hem en sprak hem, nog high van morfine,
vandaag ben ik tien kilo lichter. De zorgen zijn verdwenen. Mijn vader eet vanillevla.
2/27/2004
Dif
De makers van Dif ('bookazine') prezen hun blad aan met ' een soort Snoecks, maar dan voor intellectuelen.'
Dif is vooral dik. Zo dik als een telefoonboek. En dat is heel onhandig in bad. Of in bed.
Ik vermoed dat de makers hebben gedacht dat een dik boek al gauw intellectueel is. Ze hadden het waarschijnlijk nog dikker willen maken, maar ze kennen de draagkracht van de Ikea Lack plank en hielden als formule aan:
Gewicht Dif = Ikea Lack draagkracht - (een gipsen Venus van Milo + Snoecks).
Want men kent de doelgroep.
Wel mooie foto's. Alle ingelijst in loodzware pretenties.
Misschien moeten ze volgend jaar niet Dif maar gewoon Dik heten. Of, nog gewoner: Snoecks.
De makers van Dif ('bookazine') prezen hun blad aan met ' een soort Snoecks, maar dan voor intellectuelen.'
Dif is vooral dik. Zo dik als een telefoonboek. En dat is heel onhandig in bad. Of in bed.
Ik vermoed dat de makers hebben gedacht dat een dik boek al gauw intellectueel is. Ze hadden het waarschijnlijk nog dikker willen maken, maar ze kennen de draagkracht van de Ikea Lack plank en hielden als formule aan:
Gewicht Dif = Ikea Lack draagkracht - (een gipsen Venus van Milo + Snoecks).
Want men kent de doelgroep.
Wel mooie foto's. Alle ingelijst in loodzware pretenties.
Misschien moeten ze volgend jaar niet Dif maar gewoon Dik heten. Of, nog gewoner: Snoecks.
2/26/2004
Telefoongesprek met oom Otto
- Hoe is het met u, oom Otto?
- Nou, niet zo goed. Door die sneeuwstorm moest ik naar het ziekenhuis. Zo'n jonge internist onderzocht me en na afloop vraagt ze: ' wat denkt u er zelf van?' Dat is toch eigenaardig. Als ik het zou weten, zouden we niet zo'n dure gezondheidszorg nodig hebben.
Na afloop liep ik door de hal van het ziekenhuis en in die glazen kastjes, hoe heet dat ook al weer...
- Vitrines? Displays?
- Zoiets ja. Nou, in die displays hadden ze allemaal medische attributen tentoongesteld. Van die metalen voorwerpen die ze in je body kunnen stoppen. Dat is indrukwekkend. Je weegt zo een kilo meer met al dat schroot in je body.
Thuis heb ik het bezoek van pedicure voorbereid. Mijn vuile was en ondergoed heb ik in een vuilniszak gedaan zodat de pedicure dat niet kan zien. Zie je, dat doe ik altijd als er bezoek komt. Maar morgen komt mijn hulp en dan moet ik niet vergeten dat de was ergens anders ligt. Ik heb een aanttekening gemaakt dat de Komo vuilniszak met vuile was achter de toolbox staat.
Dus ik heb het druk, op mijn manier. Ik ga nu nog mijn oefeningen doen, want dat moet. Ik ben er al laat mee vanavond. Nou, daag.
- Hoe is het met u, oom Otto?
- Nou, niet zo goed. Door die sneeuwstorm moest ik naar het ziekenhuis. Zo'n jonge internist onderzocht me en na afloop vraagt ze: ' wat denkt u er zelf van?' Dat is toch eigenaardig. Als ik het zou weten, zouden we niet zo'n dure gezondheidszorg nodig hebben.
Na afloop liep ik door de hal van het ziekenhuis en in die glazen kastjes, hoe heet dat ook al weer...
- Vitrines? Displays?
- Zoiets ja. Nou, in die displays hadden ze allemaal medische attributen tentoongesteld. Van die metalen voorwerpen die ze in je body kunnen stoppen. Dat is indrukwekkend. Je weegt zo een kilo meer met al dat schroot in je body.
Thuis heb ik het bezoek van pedicure voorbereid. Mijn vuile was en ondergoed heb ik in een vuilniszak gedaan zodat de pedicure dat niet kan zien. Zie je, dat doe ik altijd als er bezoek komt. Maar morgen komt mijn hulp en dan moet ik niet vergeten dat de was ergens anders ligt. Ik heb een aanttekening gemaakt dat de Komo vuilniszak met vuile was achter de toolbox staat.
Dus ik heb het druk, op mijn manier. Ik ga nu nog mijn oefeningen doen, want dat moet. Ik ben er al laat mee vanavond. Nou, daag.
2/25/2004
Smoes-bloem
Gisteren was mijn lief jarig. We hadden samen een cadeau uitgezocht. Dat is handig, zeker als je het cadeau moet passen, maar het is niet echt. Het is geen verrassing. Bij het ontbijt een klein pakje van Lena gegeven. Maar dat was het ook nog niet. Uit mijn werk kon ik nog even langs de bloemist voordat mijn trein ging. Ik kocht een grote bos tulpen. Omdat ik zoveel bossen had gekocht, kreeg ik er het laatst overgebleven bosje tulpen van de bloemist bij. Het was mooi voorjaarsvuurwerk.
In de trein was het druk. Ik wilde nog werken en ik kon niet én papierwerk op schoot hebben, en de bos tulpen. Ik legde de bos voorzichtig in het bagagerek.
Toen ik na het uitstappen het gesis hoorde van de sluitende deuren, wist ik het al. Iemand zou in Dordrecht of Breda blij gemaakt worden met een enorme bos tulpen.
Al twee keer had ik de smoes gebruikt toen ik met legen handen aan kwam bij een vriend(in): 'Sorry, bloemen in de trein laten liggen. Ja, stom hè' en ik wist dat mijn lief dat wist. Mijn lief kent namelijk het grootste deel van mijn smoezenrepertoire. En nu wilde ik hem niet zeggen dat er een mooie bos in Breda is beland omdat hij dan misschien dacht dat ik ook voor hem zo'n uitgesleten smoesje zou verzinnen. Dus ik zei niets.
Gisteren was mijn lief jarig. We hadden samen een cadeau uitgezocht. Dat is handig, zeker als je het cadeau moet passen, maar het is niet echt. Het is geen verrassing. Bij het ontbijt een klein pakje van Lena gegeven. Maar dat was het ook nog niet. Uit mijn werk kon ik nog even langs de bloemist voordat mijn trein ging. Ik kocht een grote bos tulpen. Omdat ik zoveel bossen had gekocht, kreeg ik er het laatst overgebleven bosje tulpen van de bloemist bij. Het was mooi voorjaarsvuurwerk.
In de trein was het druk. Ik wilde nog werken en ik kon niet én papierwerk op schoot hebben, en de bos tulpen. Ik legde de bos voorzichtig in het bagagerek.
Toen ik na het uitstappen het gesis hoorde van de sluitende deuren, wist ik het al. Iemand zou in Dordrecht of Breda blij gemaakt worden met een enorme bos tulpen.
Al twee keer had ik de smoes gebruikt toen ik met legen handen aan kwam bij een vriend(in): 'Sorry, bloemen in de trein laten liggen. Ja, stom hè' en ik wist dat mijn lief dat wist. Mijn lief kent namelijk het grootste deel van mijn smoezenrepertoire. En nu wilde ik hem niet zeggen dat er een mooie bos in Breda is beland omdat hij dan misschien dacht dat ik ook voor hem zo'n uitgesleten smoesje zou verzinnen. Dus ik zei niets.
2/24/2004
Inez' kant van het verhaal
Inez (die natuurlijk geen Inez heet) las 'Keulen' en schreef me:
Ik en voel wel enige drang om mijn kant van het verhaal te laten zien. Bijvoorbeeld van hoe jij ineens remde terwijl ik net iets uit het dashbord kastje wilde pakken, en er dus vervolgens bijna in verdween!! Of dat ik wel probeerde de weg te wijzen maar jij ervoor koos mijn subtiele hand bewegingen niet te zien!
Inez en Louter, to be continued, vast.
Inez (die natuurlijk geen Inez heet) las 'Keulen' en schreef me:
Ik en voel wel enige drang om mijn kant van het verhaal te laten zien. Bijvoorbeeld van hoe jij ineens remde terwijl ik net iets uit het dashbord kastje wilde pakken, en er dus vervolgens bijna in verdween!! Of dat ik wel probeerde de weg te wijzen maar jij ervoor koos mijn subtiele hand bewegingen niet te zien!
Inez en Louter, to be continued, vast.
2/23/2004
Keulen (2)
Zonder kaart kwamen we pal voor de Dom van Keulen uit. Zo moeilijk was het allemaal niet. Op een braakliggend terrein konden we mijn oranje Opel Ascona kwijt. Inez haalde een verfomfaaid papiertje uit haar broekzak. Om een oud boodschappenlijstje heen had ze aanwijzingen geschreven hoe we die galerie moesten vinden. Ze wist niet precies hoe die galerie heette en het enige wat ze wist van de straatnaam is dat het een componist was, of een ontdekkingsreiziger, dat kon ook. Maar ze wist wel ongeveer de richting en dan zouden we het wel vinden.
Waarvan kende ik dit scenario ook alweer? Zo had ik ook uren en uren in het donker in de weilanden van Wales gelopen. 'Ja, de afstand tussen die twee logeeradressen is te veel om in 1 dag te lopen, maar we krijgen vast wel een lift van iemand.' Geen auto gezien die dag. Om 24.00 uur stonden we voor een dichte deur van een jeugdherberg. De hele dag was al niet zo succesvol. Het regende zo hard, dat je geen hand voor ogen kon zien. Soms passeerden we een inham of een bankje. Steevast zei Inez: 'Normaal is het uitzicht hier heel mooi.'
En zo had ik ook uren in cirkels in het centrum van Bristol gelopen. 'Nee, we hebben geen kaart nodig. Ik weet echt wel hoe we daar moeten komen.' Na drie kwartier lopen bleek dat Inez het adres kwijt was.
Toen we voor het eerst samen gingen kamperen, vertilde ik me aan mijn veel te grote nieuwe rugzak van Perry Sport. Inez had alleen een klein pukkeltje bij zich als bagage. Daarin zat een vork, een lepel, een mes, een koekenpan en verder een verzameling kruiden. Niet in zo'n handig kampeersetje met peper zout en paprikapoeder. Haar tas zat vol afgescheurde envelopjes met eromheen aan elkaar geknoopte touwtjes en elastiekjes. Met vulpen had ze de naam van de kruiden erop geschreven. Er staken sprieten van kruiden uit een klein stukje zilverfolie dat eruitzag als de gebruikte wikkel van een koetjesreep, en er zaten wat korreltjes in plastic zakje dat zo vaak was gebruikt dat het wit uitgeslagen in plaats van doorzichtig was.
Op stap met Inez in Keulen leek meer van hetzelfde te worden. In de miezerregen liepen haar met vulpen geschreven aantekeningen uit. We hadden nu geen enkel houvast meer en liepen rondjes in het lelijkste deel van Keulen. Geen café, laat staan galerie te bekennen. Het begon allengs harder te regenen. Toen mijn sokken zuiggeluiden gingen maken, wilde ik schuilen.
De deuren van een lelijk jaren 60 gebouw stonden open. Het was het soort gebouw dat in de categorie 'New Brutalism' zou passen, al was dit niet met opzet zo brutaal. Het was gewoon lelijk.
Het was stil in de grote hal. Aan de wand hing wat grauwe kantoorkunst en aan het hoge plafond hingen vierkante plafonnières van dik glas. We gingen op zoek naar de wc en doolden wat rond in het gebouw. Onze natte schoenen zogen zich vast op de marmeren vloeren. We morrelden aan een deur die eruit zag als een wc-deur. Hij was dicht. Of nee, even doorduwen, hij klemde alleen maar.
We duwden de deur open en een vangnet van lawaai viel over ons heen.
We stonden op een toneel en keken een zaal aan vol zingende Duitsers. Carnavalsvierende Duitsers. Vooraan zat een rijtje lakeien met blonde pruiken en rode pofbroeken en daarnaast een dikke vrouw als model van Vermeer. De Carnavalsmuziek ging door en men haakte in, de bierpullen omhoog houdend.
Inez en ik stonden in het verste hoekje van het toneel proberen onzichtbaar te zijn, maar het was al te laat. De man met een tonnetje om zijn buik en een groen pak aan wenkte ons. In onverstaanbaar Duits stelde hij ons wat vragen. De zaal werd stil. Wij verstonden het maar half. Te bedremmeld om adrem te zijn, gaven wij antwoord alsof we door de politie staande werden gehouden. Hij ging er overheen met een opmerking en de hele zaal vol Carnavalsvierders gierde om ons. Wij wisten niet waarom en dat was kennelijk ook weer heel komisch.
Inez en ik dropen af. 'Zwaai toch nog een keer', zei het groene mannetje met de ton om zijn buik. Wij zwaaiden en de hele zaal lachte ons nog één keer uit. We trokken de deur, die wij hadden aangezien voor wc-deur, achter ons dicht en het was weer stil in het gebouw.
Zonder kaart kwamen we pal voor de Dom van Keulen uit. Zo moeilijk was het allemaal niet. Op een braakliggend terrein konden we mijn oranje Opel Ascona kwijt. Inez haalde een verfomfaaid papiertje uit haar broekzak. Om een oud boodschappenlijstje heen had ze aanwijzingen geschreven hoe we die galerie moesten vinden. Ze wist niet precies hoe die galerie heette en het enige wat ze wist van de straatnaam is dat het een componist was, of een ontdekkingsreiziger, dat kon ook. Maar ze wist wel ongeveer de richting en dan zouden we het wel vinden.
Waarvan kende ik dit scenario ook alweer? Zo had ik ook uren en uren in het donker in de weilanden van Wales gelopen. 'Ja, de afstand tussen die twee logeeradressen is te veel om in 1 dag te lopen, maar we krijgen vast wel een lift van iemand.' Geen auto gezien die dag. Om 24.00 uur stonden we voor een dichte deur van een jeugdherberg. De hele dag was al niet zo succesvol. Het regende zo hard, dat je geen hand voor ogen kon zien. Soms passeerden we een inham of een bankje. Steevast zei Inez: 'Normaal is het uitzicht hier heel mooi.'
En zo had ik ook uren in cirkels in het centrum van Bristol gelopen. 'Nee, we hebben geen kaart nodig. Ik weet echt wel hoe we daar moeten komen.' Na drie kwartier lopen bleek dat Inez het adres kwijt was.
Toen we voor het eerst samen gingen kamperen, vertilde ik me aan mijn veel te grote nieuwe rugzak van Perry Sport. Inez had alleen een klein pukkeltje bij zich als bagage. Daarin zat een vork, een lepel, een mes, een koekenpan en verder een verzameling kruiden. Niet in zo'n handig kampeersetje met peper zout en paprikapoeder. Haar tas zat vol afgescheurde envelopjes met eromheen aan elkaar geknoopte touwtjes en elastiekjes. Met vulpen had ze de naam van de kruiden erop geschreven. Er staken sprieten van kruiden uit een klein stukje zilverfolie dat eruitzag als de gebruikte wikkel van een koetjesreep, en er zaten wat korreltjes in plastic zakje dat zo vaak was gebruikt dat het wit uitgeslagen in plaats van doorzichtig was.
Op stap met Inez in Keulen leek meer van hetzelfde te worden. In de miezerregen liepen haar met vulpen geschreven aantekeningen uit. We hadden nu geen enkel houvast meer en liepen rondjes in het lelijkste deel van Keulen. Geen café, laat staan galerie te bekennen. Het begon allengs harder te regenen. Toen mijn sokken zuiggeluiden gingen maken, wilde ik schuilen.
De deuren van een lelijk jaren 60 gebouw stonden open. Het was het soort gebouw dat in de categorie 'New Brutalism' zou passen, al was dit niet met opzet zo brutaal. Het was gewoon lelijk.
Het was stil in de grote hal. Aan de wand hing wat grauwe kantoorkunst en aan het hoge plafond hingen vierkante plafonnières van dik glas. We gingen op zoek naar de wc en doolden wat rond in het gebouw. Onze natte schoenen zogen zich vast op de marmeren vloeren. We morrelden aan een deur die eruit zag als een wc-deur. Hij was dicht. Of nee, even doorduwen, hij klemde alleen maar.
We duwden de deur open en een vangnet van lawaai viel over ons heen.
We stonden op een toneel en keken een zaal aan vol zingende Duitsers. Carnavalsvierende Duitsers. Vooraan zat een rijtje lakeien met blonde pruiken en rode pofbroeken en daarnaast een dikke vrouw als model van Vermeer. De Carnavalsmuziek ging door en men haakte in, de bierpullen omhoog houdend.
Inez en ik stonden in het verste hoekje van het toneel proberen onzichtbaar te zijn, maar het was al te laat. De man met een tonnetje om zijn buik en een groen pak aan wenkte ons. In onverstaanbaar Duits stelde hij ons wat vragen. De zaal werd stil. Wij verstonden het maar half. Te bedremmeld om adrem te zijn, gaven wij antwoord alsof we door de politie staande werden gehouden. Hij ging er overheen met een opmerking en de hele zaal vol Carnavalsvierders gierde om ons. Wij wisten niet waarom en dat was kennelijk ook weer heel komisch.
Inez en ik dropen af. 'Zwaai toch nog een keer', zei het groene mannetje met de ton om zijn buik. Wij zwaaiden en de hele zaal lachte ons nog één keer uit. We trokken de deur, die wij hadden aangezien voor wc-deur, achter ons dicht en het was weer stil in het gebouw.
2/19/2004
Keulen
Ik roerde nogmaals met mijn hand in de onderwereld van mijn handtas. Tussen een aangevreten strippenkaart, een lege mascarastift, pennen en enveloppen met gekrulde hoeken voelde ik het rechthoekige etui. Het was zo nieuw dat ik de leergeur nog meende te ruiken. De dag ervoor had een vriendin van mij het cadeau gedaan voor het behalen van mijn rijbewijs. Heel voorzichtig had ik de roze hostie tussen het cellofaan gelegd.
Ik was sinds drie weken beëdigd coureur en ik stond nu al aan het begin van mijn eerste verre reis. Ik had de route Nijmegen – Keulen bestudeerd op de autokaart, maar dat gaf me geen vertrouwen. Mijn ervaring was dat op de autoborden toch altijd net weer iets stond waardoor je in verwarring kwam en dus de verkeerde afslag nam. Je kwam vervolgens terecht in een doolhof van eenrichtingsstraatjes of doorgaande wegen waar je nooit meer vanaf kwam. En als je dan bedacht had ergens te keren, gingen mensen achter je ongeduldig toeteren en belandde je in een toestand van zodanige stress dat die voor een dierenproef als onverantwoord zou zijn bestempeld. En zo kwam je dan met natte nekharen nooit waar je moest zijn. Maar gelukkig, ik reisde niet alleen. Roodharige Inez vergezelde mij op dit stedentripje.
Natuurlijk was Inez nog niet gereed toen ik aanbelde. Ik stond midden op de weg. Inparkeren kon en kan ik niet. Het is me precies één keer gelukt en dat was tijdens mijn rijexamen. Maar de oranje Opel Ascona stond wel goed in de rustige laan onder de grote eik en ik dronk koffie terwijl Inez nog moest douchen. Tijdens de tweede kop koffie overlegde ik de autokaart aan Inez, zodat zij de route uit haar hoofd kon leren. Druppels vielen van haar nog natte haar op de autokaart. Ze deed niet eens of ze luisterde en liet me zien naar welke musea en galerietjes zij wilde. Ik vertelde dat ik ook een hotelletje wist. ‘Nee, dat moeten we niet van tevoren boeken. We moeten gewoon op een bankje gaan zitten of in een café en dan komen we wel iets tegen’. 'Dat lijkt me niets, we moeten toch onze spullen kwijt?'
Na de tweede kop koffie stapten we in voor onze grote reis. Ik overhandigde haar de autokaart. ‘Wat moet ik daar mee?’, vroeg rijbewijsloze Inez. ‘Kaartlezen natuurlijk, de bijrijder moet de kaart lezen’. ‘Ik word misselijk als ik lees in de auto’ en ze borg de kaart op in het handschoenenvakje, die wel openging maar niet meer bleek te sluiten. Het klepje schommelde de rest van de weg zachtjes met ons mee.
(wordt vervolgd)
Ik roerde nogmaals met mijn hand in de onderwereld van mijn handtas. Tussen een aangevreten strippenkaart, een lege mascarastift, pennen en enveloppen met gekrulde hoeken voelde ik het rechthoekige etui. Het was zo nieuw dat ik de leergeur nog meende te ruiken. De dag ervoor had een vriendin van mij het cadeau gedaan voor het behalen van mijn rijbewijs. Heel voorzichtig had ik de roze hostie tussen het cellofaan gelegd.
Ik was sinds drie weken beëdigd coureur en ik stond nu al aan het begin van mijn eerste verre reis. Ik had de route Nijmegen – Keulen bestudeerd op de autokaart, maar dat gaf me geen vertrouwen. Mijn ervaring was dat op de autoborden toch altijd net weer iets stond waardoor je in verwarring kwam en dus de verkeerde afslag nam. Je kwam vervolgens terecht in een doolhof van eenrichtingsstraatjes of doorgaande wegen waar je nooit meer vanaf kwam. En als je dan bedacht had ergens te keren, gingen mensen achter je ongeduldig toeteren en belandde je in een toestand van zodanige stress dat die voor een dierenproef als onverantwoord zou zijn bestempeld. En zo kwam je dan met natte nekharen nooit waar je moest zijn. Maar gelukkig, ik reisde niet alleen. Roodharige Inez vergezelde mij op dit stedentripje.
Natuurlijk was Inez nog niet gereed toen ik aanbelde. Ik stond midden op de weg. Inparkeren kon en kan ik niet. Het is me precies één keer gelukt en dat was tijdens mijn rijexamen. Maar de oranje Opel Ascona stond wel goed in de rustige laan onder de grote eik en ik dronk koffie terwijl Inez nog moest douchen. Tijdens de tweede kop koffie overlegde ik de autokaart aan Inez, zodat zij de route uit haar hoofd kon leren. Druppels vielen van haar nog natte haar op de autokaart. Ze deed niet eens of ze luisterde en liet me zien naar welke musea en galerietjes zij wilde. Ik vertelde dat ik ook een hotelletje wist. ‘Nee, dat moeten we niet van tevoren boeken. We moeten gewoon op een bankje gaan zitten of in een café en dan komen we wel iets tegen’. 'Dat lijkt me niets, we moeten toch onze spullen kwijt?'
Na de tweede kop koffie stapten we in voor onze grote reis. Ik overhandigde haar de autokaart. ‘Wat moet ik daar mee?’, vroeg rijbewijsloze Inez. ‘Kaartlezen natuurlijk, de bijrijder moet de kaart lezen’. ‘Ik word misselijk als ik lees in de auto’ en ze borg de kaart op in het handschoenenvakje, die wel openging maar niet meer bleek te sluiten. Het klepje schommelde de rest van de weg zachtjes met ons mee.
(wordt vervolgd)
2/18/2004
Uitstervend ras
Het enige dat rest na mijn cursus Spaans van twee maanden is het ongebruikte woordenboek. De geringe woordenschat, moeizaam verkregen, en grammatica geoefend in talloze simpele zinnetjes, zijn allang weggezakt. Op onverwachte momenten bewijst die cursus toch zijn nut, bijvoorbeeld in mijn minigesprekje met de zwepenzwierder.
Gisteren sloop de cursus ook weer mijn leven binnen. Ik las in de krant een theorie van sociobiologen over macho's. 'Macho' betekent 'reu' in het Spaans. Dus je hebt een teefje en een reu. Sinds ik dat weet, kijk ik anders tegen macho's aan. Honden, dat zijn het.
Sommige sociobiologen beweren dat macho's op het punt van uitsterven staan. Ze kunnen geen partner meer vinden om zich voort te planten.
Het enige dat rest na mijn cursus Spaans van twee maanden is het ongebruikte woordenboek. De geringe woordenschat, moeizaam verkregen, en grammatica geoefend in talloze simpele zinnetjes, zijn allang weggezakt. Op onverwachte momenten bewijst die cursus toch zijn nut, bijvoorbeeld in mijn minigesprekje met de zwepenzwierder.
Gisteren sloop de cursus ook weer mijn leven binnen. Ik las in de krant een theorie van sociobiologen over macho's. 'Macho' betekent 'reu' in het Spaans. Dus je hebt een teefje en een reu. Sinds ik dat weet, kijk ik anders tegen macho's aan. Honden, dat zijn het.
Sommige sociobiologen beweren dat macho's op het punt van uitsterven staan. Ze kunnen geen partner meer vinden om zich voort te planten.
2/17/2004
Kafka's place (II)
- Dag, met Louter, ik bel voor mijn vader. Hoe is het dotteren verlopen?
- Dotteren? Uw vader is alleen onderzocht. Dotteren doen we alleen op maandag.
- Maar de dokter zei gisteren...
- Nee hoor, dotteren doen we altijd alleen op maandagen.
- Dag, met Louter, ik bel voor mijn vader. Hoe is het dotteren verlopen?
- Dotteren? Uw vader is alleen onderzocht. Dotteren doen we alleen op maandag.
- Maar de dokter zei gisteren...
- Nee hoor, dotteren doen we altijd alleen op maandagen.
2/16/2004
Kafka's place
Mijn vader wordt per ambulance afgevoerd vanuit een streekziekenhuis naar een geavanceerd medisch centrum, in de veronderstelling dat hij daar een nieuw hart krijgt aangemeten, nouja, een operatie van formaat in ieder geval.
- Zo, dan doen we vandaag een paar testjes, zegt de jonge arts in opleiding.
- En wordt er nog geopereerd, probeert mijn vader.
- Nee, daarvoor bent u niet hier, zegt de puber.
- Ik dacht van wel.
- Nee, dat staat niet op dit formulier. Misschien in tweede instantie, maar u bent hier voor onderzoek.
- In tweede instantie?
- Misschien gaan we u morgen wel dotteren, probeert de jongeling mijn vader te verleiden.
- En die bypass dan?
- Tsja, dat dat moet u aan de dokter vragen.
Er is een dag voorbij en we hebben de arts nog steeds niet gezien.
Mijn vader wordt per ambulance afgevoerd vanuit een streekziekenhuis naar een geavanceerd medisch centrum, in de veronderstelling dat hij daar een nieuw hart krijgt aangemeten, nouja, een operatie van formaat in ieder geval.
- Zo, dan doen we vandaag een paar testjes, zegt de jonge arts in opleiding.
- En wordt er nog geopereerd, probeert mijn vader.
- Nee, daarvoor bent u niet hier, zegt de puber.
- Ik dacht van wel.
- Nee, dat staat niet op dit formulier. Misschien in tweede instantie, maar u bent hier voor onderzoek.
- In tweede instantie?
- Misschien gaan we u morgen wel dotteren, probeert de jongeling mijn vader te verleiden.
- En die bypass dan?
- Tsja, dat dat moet u aan de dokter vragen.
Er is een dag voorbij en we hebben de arts nog steeds niet gezien.
2/15/2004
Desctructieve ingreep
We praatten over het weer, over de verjaardag van Lena, over de buren en zo nog wat. Een dik uur lang bespraken wij van alles, maar als de operatie ter sprake kwam, was het gekscherend en met veel omhalende bewegingen. Mijn vader legde nogmaals het schema uit. Maandag zouden de non-destructieve ingrepen plaatsvinden en dinsdag de destructieve. 'Destructieve ingreep?' Ik schold al weer op die medici. Wat een woorden gebruiken ze toch ook. Maar het bleek uit mijn vaders eigen vocubulaire te komen, hij komt uit de materiaalkunde.
Het was een opgewekt gesprek en de tranen bij het afscheid verbaasden me dan ook. Wij hebben talent om te praten tijdens een borrel, maar niet in het ziekenhuis. Gelukkig kunnen we nog wel samen huilen, al is het op de valreep.
We praatten over het weer, over de verjaardag van Lena, over de buren en zo nog wat. Een dik uur lang bespraken wij van alles, maar als de operatie ter sprake kwam, was het gekscherend en met veel omhalende bewegingen. Mijn vader legde nogmaals het schema uit. Maandag zouden de non-destructieve ingrepen plaatsvinden en dinsdag de destructieve. 'Destructieve ingreep?' Ik schold al weer op die medici. Wat een woorden gebruiken ze toch ook. Maar het bleek uit mijn vaders eigen vocubulaire te komen, hij komt uit de materiaalkunde.
Het was een opgewekt gesprek en de tranen bij het afscheid verbaasden me dan ook. Wij hebben talent om te praten tijdens een borrel, maar niet in het ziekenhuis. Gelukkig kunnen we nog wel samen huilen, al is het op de valreep.
2/13/2004
Ochtendritueel
Lena jammert wat om 06.37 uur. Ik por R. wakker en stel bij wijze van formaliteit de vraag wie het flesje zal gaan maken. R. loopt naar beneden en ik draai me nog een keer om. Het jammeren stopt, kennelijk wordt er nu gulzig gedronken in de andere kamer. Na een paar minuutjes brengt R. Lena naar me toe. Enige momenten suft ze nog wat, liggend op haar buik, met haar hoofdje op mijn kussen. Ik streel haar ruggetje en strijk haar over haar haren. Zij friemelt met de haren in mijn nek en inspecteert mijn tandvlees en neusschot. Dan richt ze zich opeens op als een sfinx. Eerst kijkt ze lachend naar R. om dan stralend haar twee wijduiteenstaande tandjes aan mij te tonen terwijl ze luid door haar neus ademt, een soort snoeven. Ze rolt opgewonden van links naar rechts, laat zich vallen in de dekens, klapt in de handjes, draait zich achterstevoren, wil van het bed afklimmen. Sinds gisteren kan ze tik-tak zeggen en dat doet ze dan ook onder voortdurende aanmoediging van ons. Als R. de kamer uitloopt om te douchen, roept ze: 'daag', en zwaait hem na.
Dan is het zelfs voor mij met hardnekkig ochtendhumeur onmogelijk om chagarijnig te blijven.
Lena jammert wat om 06.37 uur. Ik por R. wakker en stel bij wijze van formaliteit de vraag wie het flesje zal gaan maken. R. loopt naar beneden en ik draai me nog een keer om. Het jammeren stopt, kennelijk wordt er nu gulzig gedronken in de andere kamer. Na een paar minuutjes brengt R. Lena naar me toe. Enige momenten suft ze nog wat, liggend op haar buik, met haar hoofdje op mijn kussen. Ik streel haar ruggetje en strijk haar over haar haren. Zij friemelt met de haren in mijn nek en inspecteert mijn tandvlees en neusschot. Dan richt ze zich opeens op als een sfinx. Eerst kijkt ze lachend naar R. om dan stralend haar twee wijduiteenstaande tandjes aan mij te tonen terwijl ze luid door haar neus ademt, een soort snoeven. Ze rolt opgewonden van links naar rechts, laat zich vallen in de dekens, klapt in de handjes, draait zich achterstevoren, wil van het bed afklimmen. Sinds gisteren kan ze tik-tak zeggen en dat doet ze dan ook onder voortdurende aanmoediging van ons. Als R. de kamer uitloopt om te douchen, roept ze: 'daag', en zwaait hem na.
Dan is het zelfs voor mij met hardnekkig ochtendhumeur onmogelijk om chagarijnig te blijven.
2/11/2004
Regelmeisje en haar vriendje Excel
Sinds kort ben ik regelmeisje. Tot mijn grote verbazing zien velen het als een promotie om dingen te plannen, meten, passen, boos worden, emailtjes sturen, gesprekken voeren, de baas spelen. Ik beschouw het als corvee dat ik doe uit loyaliteit naar mijn baas die er anders maar mooi mee zit.
Van freewheeler naar regelmeisje is een grote stap, zeker als dat ook nog eens gepaard gaat met een verantwoordelijkheid die in de miljoenen loopt, wilde ik zeggen, maar het zijn er precies twee. Nouja, twee miljoen is voor mij heel veel.
Normaal gesproken is Word mijn gereedschap. Schrijven lukt wel en ik kan heus een tabelletje maken. Als het moet produceer ik met autoform ook nog wel een blokpijl, maar dan loop ik grafisch gezien wel op mijn tenen.
Nu ik regelmeisje ben, moet ik opeens alles in Excel stoppen om minutieuze berekeningen te maken. Dat ging hartstikke goed. Als autodidact ben ik apetrots op mijn zelfgeleerde kunstjes. Rij toevoegen? Doe ik. Formuletje brouwen? Ach man, easy.
En ik was heel succesvol in mijn nieuwe taak. Andere programmaleiders klaagden wel over te weinig geld, maar bij mij groeiden de bomen tot in de hemel. Er bleven nieuwe aanvragen binnenstromen en mijn totale begroting blééf maar onder de twee miljoen. Prachtig. Hoe doe ik dat toch.
Toen dingen definitief dreigden te worden, vroeg mijn baas of ik zeker wist dat alles klopte. 'De berekening is in Excel, dus daar kan niets mis mee zijn'. Nee, dat is natuurlijk zo, knikte de alfa instemmend.
Maar toen ik nog een aanvraag van een ton kreeg en die in mijn begroting perste, bleef ik nog steeds onder de twee miljoen. Dat was een beetje raar.
Opeens zag ik dat ik de formule die je aan een cel kunt geven niet had aangepast. Er waren inmiddels tig rijen met nieuwe projecten bijgekomen, maar die vielen buiten het bereik van de optelformule. Wat ik ook deed, het totaal, in mooie kapitalen onderaan mijn tabel, bleef gelijk.
Koortsachtig paste ik de formule aan en er verscheen een getal ver boven de twee miljoen. Aijaijaai. Nu heb ik de rest van de middag net zo lang geklungeld tot de begroting weer de twee miljoen nadert.
Het leven van een regelmeisje wordt een stuk gemakkelijker als zij vriendjes wordt met Excel. Ik heb 'm geaaid en een kushand toegeworpen. Nu is hij weer aan de beurt.
Sinds kort ben ik regelmeisje. Tot mijn grote verbazing zien velen het als een promotie om dingen te plannen, meten, passen, boos worden, emailtjes sturen, gesprekken voeren, de baas spelen. Ik beschouw het als corvee dat ik doe uit loyaliteit naar mijn baas die er anders maar mooi mee zit.
Van freewheeler naar regelmeisje is een grote stap, zeker als dat ook nog eens gepaard gaat met een verantwoordelijkheid die in de miljoenen loopt, wilde ik zeggen, maar het zijn er precies twee. Nouja, twee miljoen is voor mij heel veel.
Normaal gesproken is Word mijn gereedschap. Schrijven lukt wel en ik kan heus een tabelletje maken. Als het moet produceer ik met autoform ook nog wel een blokpijl, maar dan loop ik grafisch gezien wel op mijn tenen.
Nu ik regelmeisje ben, moet ik opeens alles in Excel stoppen om minutieuze berekeningen te maken. Dat ging hartstikke goed. Als autodidact ben ik apetrots op mijn zelfgeleerde kunstjes. Rij toevoegen? Doe ik. Formuletje brouwen? Ach man, easy.
En ik was heel succesvol in mijn nieuwe taak. Andere programmaleiders klaagden wel over te weinig geld, maar bij mij groeiden de bomen tot in de hemel. Er bleven nieuwe aanvragen binnenstromen en mijn totale begroting blééf maar onder de twee miljoen. Prachtig. Hoe doe ik dat toch.
Toen dingen definitief dreigden te worden, vroeg mijn baas of ik zeker wist dat alles klopte. 'De berekening is in Excel, dus daar kan niets mis mee zijn'. Nee, dat is natuurlijk zo, knikte de alfa instemmend.
Maar toen ik nog een aanvraag van een ton kreeg en die in mijn begroting perste, bleef ik nog steeds onder de twee miljoen. Dat was een beetje raar.
Opeens zag ik dat ik de formule die je aan een cel kunt geven niet had aangepast. Er waren inmiddels tig rijen met nieuwe projecten bijgekomen, maar die vielen buiten het bereik van de optelformule. Wat ik ook deed, het totaal, in mooie kapitalen onderaan mijn tabel, bleef gelijk.
Koortsachtig paste ik de formule aan en er verscheen een getal ver boven de twee miljoen. Aijaijaai. Nu heb ik de rest van de middag net zo lang geklungeld tot de begroting weer de twee miljoen nadert.
Het leven van een regelmeisje wordt een stuk gemakkelijker als zij vriendjes wordt met Excel. Ik heb 'm geaaid en een kushand toegeworpen. Nu is hij weer aan de beurt.
Beeld/ Muziek - Dans: 2-0
In de foyer liepen mooie mensen. Vrouwen van middelbare leeftijd met meisjachtige lichamen en opgestoken haar. Ze dragen veelal minirokjes met maillots. Ik zag veel voetbalshirts en doorkijkblouses. Een andere dominante stijl is om geheel in het zwart gekleed te zijn met alleen een opvallend sierraad om hals, heup of in het haar. Eén mevrouw had een heus vogelnest met vlindertjes in haar haar.
De mannen waren veelal artistiekerig en dongen allemaal naar de titel 'super friemel van het jaar'. Zelfs van achteren bezien straalde de eigenwijsheid van die mannen. Ja, we waren bij moderne dans.
We keken naar dans van Dance works Rotterdam, beeld van Struyken en luisteren naar muziek van Xenakis, live uitgevoerd.
Het was veel. De video's van Struyken waren spectaculair. De muzikanten op het toneel kon je niet alleen heel goed horen, maar ze liepen ook nog eens rond. Met al dat visueel en auditief geweld vergat ik gewoonweg naar de dansers te kijken. Maar als je goed keek, was het mooi.
Na afloop in de stromende regen op de fiets terug naar huis. Zwoegend tegen de wind zag ik op de Erasmusbrug opbollende jassen in felle kleuren voor me. Dansende fietsers als ballonnen tegen de wind.
In de foyer liepen mooie mensen. Vrouwen van middelbare leeftijd met meisjachtige lichamen en opgestoken haar. Ze dragen veelal minirokjes met maillots. Ik zag veel voetbalshirts en doorkijkblouses. Een andere dominante stijl is om geheel in het zwart gekleed te zijn met alleen een opvallend sierraad om hals, heup of in het haar. Eén mevrouw had een heus vogelnest met vlindertjes in haar haar.
De mannen waren veelal artistiekerig en dongen allemaal naar de titel 'super friemel van het jaar'. Zelfs van achteren bezien straalde de eigenwijsheid van die mannen. Ja, we waren bij moderne dans.
We keken naar dans van Dance works Rotterdam, beeld van Struyken en luisteren naar muziek van Xenakis, live uitgevoerd.
Het was veel. De video's van Struyken waren spectaculair. De muzikanten op het toneel kon je niet alleen heel goed horen, maar ze liepen ook nog eens rond. Met al dat visueel en auditief geweld vergat ik gewoonweg naar de dansers te kijken. Maar als je goed keek, was het mooi.
Na afloop in de stromende regen op de fiets terug naar huis. Zwoegend tegen de wind zag ik op de Erasmusbrug opbollende jassen in felle kleuren voor me. Dansende fietsers als ballonnen tegen de wind.
Filmster
Ik word een filmster. Bekend in Zuid Korea en omstreken. Over twee weken komt een filmploeg filmen hoe werkende moeders dat nu doen in Nederland. Koreanen in mijn huis, op de creche en op mijn werk. Want ik ben dus DE Nederlandse werkende moeder. Naast mij figureren nog een Finse en een Duitse moeder.
Ik word een filmster. Bekend in Zuid Korea en omstreken. Over twee weken komt een filmploeg filmen hoe werkende moeders dat nu doen in Nederland. Koreanen in mijn huis, op de creche en op mijn werk. Want ik ben dus DE Nederlandse werkende moeder. Naast mij figureren nog een Finse en een Duitse moeder.
2/10/2004
Voorpret
Vanavond naar moderne dans. Ik verheug me al minstens een week op vanavond. Dat is het voordeel van vroeg vakanties boeken, vroeg kaartjes kopen voor theater en dans. De voorpret.
Vanavond naar moderne dans. Ik verheug me al minstens een week op vanavond. Dat is het voordeel van vroeg vakanties boeken, vroeg kaartjes kopen voor theater en dans. De voorpret.
2/09/2004
Afgeleid
Ik wilde echt naar hem luisteren en hem de aandacht geven die hij en dit gesprek verdienden, maar ik werd continu afgeleid door die grote mee-eter daar naast zijn oog. Ik moest me zo beheersen, dat ik nauwelijks toekwam aan een intelligente uitwisseling. Ik had het idee dat ik mijn handen onder tafel moest houden, omdat ze anders een leven voor zichzelf zouden gaan beginnen. Zo'n joekel, die op vijf meter afstand het brandpunt van mijn onderdrukte neiging is, die zou hij niet zien als hij tijdens het tandenpoetsen in de spiegel keek?
Hij ratelt door maar ik zie alleen maar hoe die zwarte punt naar bovenkringelt als ik 'm vakkundig tussen mijn nagels zou nemen.
- Bruto loonkosten ja.
Ik wilde echt naar hem luisteren en hem de aandacht geven die hij en dit gesprek verdienden, maar ik werd continu afgeleid door die grote mee-eter daar naast zijn oog. Ik moest me zo beheersen, dat ik nauwelijks toekwam aan een intelligente uitwisseling. Ik had het idee dat ik mijn handen onder tafel moest houden, omdat ze anders een leven voor zichzelf zouden gaan beginnen. Zo'n joekel, die op vijf meter afstand het brandpunt van mijn onderdrukte neiging is, die zou hij niet zien als hij tijdens het tandenpoetsen in de spiegel keek?
Hij ratelt door maar ik zie alleen maar hoe die zwarte punt naar bovenkringelt als ik 'm vakkundig tussen mijn nagels zou nemen.
- Bruto loonkosten ja.
Gouden sigarettenkoker
Gisteren was ik weer even op ziekenbezoek bij mijn vader, die inmiddels al zes weken in het ziekenhuis ligt. Lag hij eerst nog aan draadjes en monitoren, nu is hij vrij man. Maar toch ook weer niet: hij mag niet roken. En dat is heel moeilijk als je vijftig jaar lang meer dan een pakje per dag hebt gerookt, Cabellero zonder filter. Cold Turkey. Geen wonder dat hij het er vaak over heeft:
- Ik mag vier sigaretten op een dag.
- Je mag hier toch helemaal niet roken?
- Jawel hoor, 's ochtends zitten er vier sigaretten in mijn sigarettenkoker. De eerste rook ik om half elf, bij de koffie, de tweede om drie uur 's middags als het bezoek weggaat, dan nog eentje na het eten en de laatste rook ik voordat ik naar bedga.
- Waar rook jij dan?
- Gewoon op mijn kamer. Als ik het twee maanden volhoud, krijg ik een gouden sigarettenkoker. Nu heb ik nog een zilveren.
Hij begon te lachen. Ik was erin getrapt.
- Pas jij maar op met jouw imaginaire sigaretten, anders krijg je er nog andere pillen bij.
Gisteren was ik weer even op ziekenbezoek bij mijn vader, die inmiddels al zes weken in het ziekenhuis ligt. Lag hij eerst nog aan draadjes en monitoren, nu is hij vrij man. Maar toch ook weer niet: hij mag niet roken. En dat is heel moeilijk als je vijftig jaar lang meer dan een pakje per dag hebt gerookt, Cabellero zonder filter. Cold Turkey. Geen wonder dat hij het er vaak over heeft:
- Ik mag vier sigaretten op een dag.
- Je mag hier toch helemaal niet roken?
- Jawel hoor, 's ochtends zitten er vier sigaretten in mijn sigarettenkoker. De eerste rook ik om half elf, bij de koffie, de tweede om drie uur 's middags als het bezoek weggaat, dan nog eentje na het eten en de laatste rook ik voordat ik naar bedga.
- Waar rook jij dan?
- Gewoon op mijn kamer. Als ik het twee maanden volhoud, krijg ik een gouden sigarettenkoker. Nu heb ik nog een zilveren.
Hij begon te lachen. Ik was erin getrapt.
- Pas jij maar op met jouw imaginaire sigaretten, anders krijg je er nog andere pillen bij.
2/06/2004
Viagra
Jeroen, het hulpje van de kapper, vraagt wat ik wil drinken.
- Koffie alsjebieft, zwart.
- Met melk?
- Nee, zonder melk en zonder suiker alsjeblieft.
Ik word naar boven gedirigeerd waar ik alleen ben met hem. Onder het wassen van mijn haren vertelt hij over E-bay. D&G, Prada, het kost er allemaal een schijntje. Hij had een horloge gezien dat in de winkel normaal 200 euro kost, en nu maar 20 dollar. Moest dan wel uit Hong Kong komen.
- Je zou eigenlijk de hele boel moeten opkopen en dan moeten doorverkopen. Dan loop je binnen.
- Ga jij dat doen?
- Nee, dat is te veel gedoe. Maar ik ga wel met een vriend van mij in de Viagra.
- Wat?
- Viagra.
Ik verstond het nog niet. Hij zette speciaal de kraan uit zodat ik het beter zou verstaan.
- Viagra, u weet wel, een pilletje. Heeft u belangstelling?
- Nee, dank je.
- Nou, ik wil niets opdringen, maar veel mensen denken dat het alleen maar voor bejaarden is. Maarreh, als je de hele nacht wil feesten zeg maar, dan is zo'n pil heel handig.
- Aha
- Of uw vriend moet natuurlijk Superman zijn, dat kan ook, maar die heb ik nog nooit gezien. En we maken een winst! Inkoop 1 eurootje, verkoop 4 of 5. Maar dan bent u nog goedkoop uit, bij de Apotheek kost-ie 10 euro en dan heb je een recept nodig. Bij mij kan het zonder recept. Ik zou ook wel andere pillen verkopen, maar dat kan niet zolang ik niet op mezelf woon.
En die ouders van Jeroen maar denken dat hij bejaardenhulpverlener is.
Jeroen, het hulpje van de kapper, vraagt wat ik wil drinken.
- Koffie alsjebieft, zwart.
- Met melk?
- Nee, zonder melk en zonder suiker alsjeblieft.
Ik word naar boven gedirigeerd waar ik alleen ben met hem. Onder het wassen van mijn haren vertelt hij over E-bay. D&G, Prada, het kost er allemaal een schijntje. Hij had een horloge gezien dat in de winkel normaal 200 euro kost, en nu maar 20 dollar. Moest dan wel uit Hong Kong komen.
- Je zou eigenlijk de hele boel moeten opkopen en dan moeten doorverkopen. Dan loop je binnen.
- Ga jij dat doen?
- Nee, dat is te veel gedoe. Maar ik ga wel met een vriend van mij in de Viagra.
- Wat?
- Viagra.
Ik verstond het nog niet. Hij zette speciaal de kraan uit zodat ik het beter zou verstaan.
- Viagra, u weet wel, een pilletje. Heeft u belangstelling?
- Nee, dank je.
- Nou, ik wil niets opdringen, maar veel mensen denken dat het alleen maar voor bejaarden is. Maarreh, als je de hele nacht wil feesten zeg maar, dan is zo'n pil heel handig.
- Aha
- Of uw vriend moet natuurlijk Superman zijn, dat kan ook, maar die heb ik nog nooit gezien. En we maken een winst! Inkoop 1 eurootje, verkoop 4 of 5. Maar dan bent u nog goedkoop uit, bij de Apotheek kost-ie 10 euro en dan heb je een recept nodig. Bij mij kan het zonder recept. Ik zou ook wel andere pillen verkopen, maar dat kan niet zolang ik niet op mezelf woon.
En die ouders van Jeroen maar denken dat hij bejaardenhulpverlener is.
2/05/2004
Kaartjes
We wisselen visitekaartjes uit. Op de zijne staat: 'senior expert'. Ik vraag hem of er ook 'junior experts' bestaan. Hij lacht en geeft geen antwoord, misschien omdat hij denkt dat het een grapje was. De man blijkt leuker dan zijn mickey mouse stropdas in eerste instantie deed vermoeden en zijn baan vind ik nog het leukst aan hem.
We wisselen visitekaartjes uit. Op de zijne staat: 'senior expert'. Ik vraag hem of er ook 'junior experts' bestaan. Hij lacht en geeft geen antwoord, misschien omdat hij denkt dat het een grapje was. De man blijkt leuker dan zijn mickey mouse stropdas in eerste instantie deed vermoeden en zijn baan vind ik nog het leukst aan hem.
2/04/2004
Je moet snappen hoe die dingen werken
...dus als je een droom heb zeg ik dat is t1 en t2 of delta plus t en dan t3 is wat je wilt en hoe je het wilt realiseren, bekijk je over zes banden, te weten skills, politiek, multi actor en de middelen, waarin natuurlijk harde en zachte componenten zitten, want wat KPN heeft gedaan, nouja, je kunt wel zeggen iedereen moet een flat screen willen, maar het heeft ook te maken met vertrouwen, je moet snappen hoe die dingen werken, want bijvoorbeeld met i-mode, nouja, zucht, daar kom je dus niet met clean rationeel denken, en toen vroegen ze mij als contra expert voor commissie Jansen en dat doe ik wel maar ik ziet ook nog in allerlei andere commissies en ik moet kijken naar de hoofdlijnen en welk materiaal, daar zijn ze in the States al veel verder mee, daar heb ik al tijden geleden onderzoek gedaan want ik wist wat er zou gaan spelen en dan vragen ze me automatisch ook weer voor een ander project, daar zit nu die oud-minister in en mijn persoontje, dan zeg ik: kijk horizontaal, lateraal en transsectoraal, maar dat kun je alleen als je snapt hoe die dingen werken.
...dus als je een droom heb zeg ik dat is t1 en t2 of delta plus t en dan t3 is wat je wilt en hoe je het wilt realiseren, bekijk je over zes banden, te weten skills, politiek, multi actor en de middelen, waarin natuurlijk harde en zachte componenten zitten, want wat KPN heeft gedaan, nouja, je kunt wel zeggen iedereen moet een flat screen willen, maar het heeft ook te maken met vertrouwen, je moet snappen hoe die dingen werken, want bijvoorbeeld met i-mode, nouja, zucht, daar kom je dus niet met clean rationeel denken, en toen vroegen ze mij als contra expert voor commissie Jansen en dat doe ik wel maar ik ziet ook nog in allerlei andere commissies en ik moet kijken naar de hoofdlijnen en welk materiaal, daar zijn ze in the States al veel verder mee, daar heb ik al tijden geleden onderzoek gedaan want ik wist wat er zou gaan spelen en dan vragen ze me automatisch ook weer voor een ander project, daar zit nu die oud-minister in en mijn persoontje, dan zeg ik: kijk horizontaal, lateraal en transsectoraal, maar dat kun je alleen als je snapt hoe die dingen werken.
2/03/2004
Telefoongesprek met Oom Otto
- Hoe gaat het met u, oom Otto?
- Nou niet zo goed eigenlijk. Ik heb heel slecht geslapen en dat komt door mijn hulp. Je weet wel, die Marokkaanse jongen.
- Ja, dat weet ik nog wel ja.
- Vroeger was het gezellig met die jongen. Hij was niet zo spraakzaam, maar er was toch iets van een uitwisseling. Ik deed allemaal dingetjes met hem. Dan maakte ik bijvoorbeeld een pak shortbread open dat ik cadeau had gekregen, je weet wel, van die Engelse koekjes. Nou, die lustte hij wel hoor.
En zijn Duits was heel slecht dus gaf ik hem ook Duitse les. Ik had nog een oud boekje 'Schwäre Wörter'. Maar nu wil hij geen les meer. Ik was er van ontdaan en ik kon niet slapen. Daardoor heb ik vandaag weinig kunnen doen.
Maar ik heb toch wel iets gedaan. Ik was drie opvouwbare plastic hangertjes kwijt. Dus ik heb die hele bananendoos uitgespit. Je weet wel, die kartonnen doos die midden in mijn kamer staat. En ja hoor, warempel, daar lagen er twee op de bodem. En toen heb ik mijn zaklamp gepakt om achter de doos te kijken en daar lag er ook nog eentje.
Maar verder heb ik niet veel gedaan.
- Hoe gaat het met u, oom Otto?
- Nou niet zo goed eigenlijk. Ik heb heel slecht geslapen en dat komt door mijn hulp. Je weet wel, die Marokkaanse jongen.
- Ja, dat weet ik nog wel ja.
- Vroeger was het gezellig met die jongen. Hij was niet zo spraakzaam, maar er was toch iets van een uitwisseling. Ik deed allemaal dingetjes met hem. Dan maakte ik bijvoorbeeld een pak shortbread open dat ik cadeau had gekregen, je weet wel, van die Engelse koekjes. Nou, die lustte hij wel hoor.
En zijn Duits was heel slecht dus gaf ik hem ook Duitse les. Ik had nog een oud boekje 'Schwäre Wörter'. Maar nu wil hij geen les meer. Ik was er van ontdaan en ik kon niet slapen. Daardoor heb ik vandaag weinig kunnen doen.
Maar ik heb toch wel iets gedaan. Ik was drie opvouwbare plastic hangertjes kwijt. Dus ik heb die hele bananendoos uitgespit. Je weet wel, die kartonnen doos die midden in mijn kamer staat. En ja hoor, warempel, daar lagen er twee op de bodem. En toen heb ik mijn zaklamp gepakt om achter de doos te kijken en daar lag er ook nog eentje.
Maar verder heb ik niet veel gedaan.
2/02/2004
Onecologische toestanden
'Onecologische toestanden zijn schuld aan verhoogde schade', lees ik in een te beoordelen scriptie.
'Onecologische toestanden zijn schuld aan verhoogde schade', lees ik in een te beoordelen scriptie.
Mijlpaal
Ik voel me herboren. Lena heeft afgelopen week voor het eerst zeven dagen achter elkaar doorgeslapen. Ze is nu bijna een jaar. Een jaar lang moesten we er minimaal 1x per nacht uit, vaak ook twee of drie keer.
Drie weken terug had ik er opeens genoeg van. Ik was ik op. Ik werd chagarijnig dat ik liever 'kort aangebonden' noem. Er kwam weinig uit mijn vingers. Ik was permanent uitgeput. Geen puf om boodschappen te doen, geen puf om te sporten, geen puf om de telefoon op te nemen.
Bij familie of vrienden durfde ik allang niet meer te rade te gaan, want die geven mij altijd het gevoel dat ik heb gefaald: 'gewoon laten huilen'; 'je bent niet consequent genoeg'; 'je hebt er teveel verwend'; jullie hebben ook zo'n onregelmatig patroon'. Is allemaal waarschijnlijk waar, maar het helpt op dat moment geen zier.
Ik durfde Lena ook nooit uit te besteden. Wie wil er nou op een kind passen dat vier keer per nacht wakkerwordt? De opa's en oma's hadden dat overigens zelf al aangegeven.
Na familie en vrienden viel ik terug op De Theorie. Uit de goed gevulde plank bij de boekhandel begreep ik al dat ik niet de enige was met een kind dat niet wilde slapen. Het labeltje 'slaapproblemen' sierde twee planken vol amerikaans aandoende boekjes. Ik bladerde de boekjes wat door en het had veel weg van een methode waarmee honden werden afgericht: 'Consequent belonen'. 'Negeren van ongewenst gedrag.'
Ik vond de terminologie van alle boeken overdreven. 'Slaapproblemen'. Dat klinkt meteen zo structureel. Maarja, dat is het misschien ook wel na een jaar niet slapen. En dan woorden als 'methode' en 'slaaptraining'. Alles duidde op een inspanning ter overwinning van een verslaving of ter voorbereiding van de marathon.
Sommige methodes vond ik meteen al onuitvoerbaar. Mijn kindje gewoon laten huilen, al duurde het vier, desnoods zes uur. Dat zou ik nooit kunnen. Uiteindelijk heb ik een keuze gemaakt voor een boekje zonder plaatjes, slechts 60 pagina's. Ik viel voor de eerste zinnen waarin ouders die dit programma hadden doorlopen hun ervaringen met hun niet-slaper verhaalden. Dit was ik en dat was Lena. Zo ging het precies. Hoe hun kind zo nijdig werd als ze naar bed werd gebracht, dat ze tot brakens toe huilde. Hoe ze met haar hoofd kon bonken tot het bedje ervan kraakte. Hoe gestrest ik werd van het gekrijs van Lena. Hoe ik er bij de tweede keer, midden in de nacht, toch maar weer voor koos om haar bij mij in bed te nemen omdat ik geen zin had om nog een half uur bij haar op de kamer wakker te zijn terwijl ik wist dat de volgende dag om half zeven de wekker ging. Hoe ik haar naar bed bracht en dan twee, drie keer met haar naar beneden kwam 'omdat het toch niet lukte' en zo anderhalf uur bezig was met Lena op bed leggen. Hoe chagarijnig ik daarvan werd en me daar ook weer schuldig over voelde omdat Lena er ook niets aan kon doen.
Na twee dagen slaaptraining sliep ze een nacht door. En dat doet ze nu nog steeds. Zeven nachten al. Zeven nachten! De kinderlozen weten niet wat dit voor overwinning is. Ik vind dit een belangrijkere mijlpaal dan koninginnedag, mijn verjaardag of het halen van mijn rijbewijs. Zeven nachten. Poeh. Wat een overwinning.
Ik voel me herboren. Lena heeft afgelopen week voor het eerst zeven dagen achter elkaar doorgeslapen. Ze is nu bijna een jaar. Een jaar lang moesten we er minimaal 1x per nacht uit, vaak ook twee of drie keer.
Drie weken terug had ik er opeens genoeg van. Ik was ik op. Ik werd chagarijnig dat ik liever 'kort aangebonden' noem. Er kwam weinig uit mijn vingers. Ik was permanent uitgeput. Geen puf om boodschappen te doen, geen puf om te sporten, geen puf om de telefoon op te nemen.
Bij familie of vrienden durfde ik allang niet meer te rade te gaan, want die geven mij altijd het gevoel dat ik heb gefaald: 'gewoon laten huilen'; 'je bent niet consequent genoeg'; 'je hebt er teveel verwend'; jullie hebben ook zo'n onregelmatig patroon'. Is allemaal waarschijnlijk waar, maar het helpt op dat moment geen zier.
Ik durfde Lena ook nooit uit te besteden. Wie wil er nou op een kind passen dat vier keer per nacht wakkerwordt? De opa's en oma's hadden dat overigens zelf al aangegeven.
Na familie en vrienden viel ik terug op De Theorie. Uit de goed gevulde plank bij de boekhandel begreep ik al dat ik niet de enige was met een kind dat niet wilde slapen. Het labeltje 'slaapproblemen' sierde twee planken vol amerikaans aandoende boekjes. Ik bladerde de boekjes wat door en het had veel weg van een methode waarmee honden werden afgericht: 'Consequent belonen'. 'Negeren van ongewenst gedrag.'
Ik vond de terminologie van alle boeken overdreven. 'Slaapproblemen'. Dat klinkt meteen zo structureel. Maarja, dat is het misschien ook wel na een jaar niet slapen. En dan woorden als 'methode' en 'slaaptraining'. Alles duidde op een inspanning ter overwinning van een verslaving of ter voorbereiding van de marathon.
Sommige methodes vond ik meteen al onuitvoerbaar. Mijn kindje gewoon laten huilen, al duurde het vier, desnoods zes uur. Dat zou ik nooit kunnen. Uiteindelijk heb ik een keuze gemaakt voor een boekje zonder plaatjes, slechts 60 pagina's. Ik viel voor de eerste zinnen waarin ouders die dit programma hadden doorlopen hun ervaringen met hun niet-slaper verhaalden. Dit was ik en dat was Lena. Zo ging het precies. Hoe hun kind zo nijdig werd als ze naar bed werd gebracht, dat ze tot brakens toe huilde. Hoe ze met haar hoofd kon bonken tot het bedje ervan kraakte. Hoe gestrest ik werd van het gekrijs van Lena. Hoe ik er bij de tweede keer, midden in de nacht, toch maar weer voor koos om haar bij mij in bed te nemen omdat ik geen zin had om nog een half uur bij haar op de kamer wakker te zijn terwijl ik wist dat de volgende dag om half zeven de wekker ging. Hoe ik haar naar bed bracht en dan twee, drie keer met haar naar beneden kwam 'omdat het toch niet lukte' en zo anderhalf uur bezig was met Lena op bed leggen. Hoe chagarijnig ik daarvan werd en me daar ook weer schuldig over voelde omdat Lena er ook niets aan kon doen.
Na twee dagen slaaptraining sliep ze een nacht door. En dat doet ze nu nog steeds. Zeven nachten al. Zeven nachten! De kinderlozen weten niet wat dit voor overwinning is. Ik vind dit een belangrijkere mijlpaal dan koninginnedag, mijn verjaardag of het halen van mijn rijbewijs. Zeven nachten. Poeh. Wat een overwinning.
2/01/2004
Zo'n avond
Het was een avond met veel 'maar dat meen ik echt' tot tranen toe herhaald. Ouderwets doorzakken met mijn broer tot vijf uur in de ochtend.
Een avond waarvan ik niet meer weet wat er is gezegd, maar wel dat wat werd gezegd heel belangrijk was. En misschien werd er ook wel niet zo veel gezegd.
Maar het was echt en goed, net als mijn kater trouwens.
Het was een avond met veel 'maar dat meen ik echt' tot tranen toe herhaald. Ouderwets doorzakken met mijn broer tot vijf uur in de ochtend.
Een avond waarvan ik niet meer weet wat er is gezegd, maar wel dat wat werd gezegd heel belangrijk was. En misschien werd er ook wel niet zo veel gezegd.
Maar het was echt en goed, net als mijn kater trouwens.