<$BlogRSDUrl$>

7/02/2005

 
Drinken met mijn vader
(zie ook eerdere dronkenschappen)

Sinds oud en nieuw had ik mijn vader niet meer bezocht in zijn huis. Vrijdag reisde ik af voor, naar ik hoopte, een ouderwetse drinksessie.

Toen ik op het paadje naar onze voordeur liep, hoorde ik hem pianospelen. Fly me to the moon. Ik wachtte met aanbellen. Met Lena op mijn arm gluurde ik naar binnen en zag hoe zijn voet de maat tikte en hoe hij woordeloos meezong.

We werkten het dagprogramma af. Het was aangenaam, maar toch ook wat onwennig voor mij om te zien hoe mijn vader zijn best doet een goede opa te zijn. Hij is geen opa van nature. Sommige grootouders gaan op in baby-lachjes, weten precies wanneer een baby sterk dan wel slap is, dun dan wel dik. Voor mijn vader worden de kinderen pas interessant als ze met hem meekunnen naar een museum. Of wanneer ze een biertje met hem kunnen drinken. Of wanneer ze samen naar jazz kunnen luisteren.
En in plaats van jazz is het nu kinderboerderijen en speeltuintjes wat de klok slaat.
Hij doet zijn best, hij doet stinkend zijn best.

Om negen uur waren de kinderen gebadderd en lagen op bed. Het was stil in huis.
'Wil je met mij mee mijn rondje lopen?'

Mijn vader revalideert en moet op dokters advies elke avond een blokje om. We liepen de straat uit.
'Hier loopt het naar beneden, voel je dat?'
'Nee, daar merk ik niets van'
'Ik ook niet toen ik nog gezond was'
We groetten de buren die nog buiten zaten in de zachte zomeravond.
'Kijk, de maand na mijn operatie kon ik maar tot het huis van de Rozenburgs, hier', en hij wijst op een huis 30m verwijderd van mijn ouderlijk huis. We lopen verder.
'En na twee maanden kon ik tot het huis van die droge apotheker, hier op de hoek.'
Een nauwkeurie geschiedenis van zijn progressie volgde.

We liepen een woonwijkje in.
'Bij het volgend huis knipt de lamp aan als we passeren. Je hoort trrrrrr en dan gaat hij knipperend aan.'
Mijn vader had zijn zin uitgesproken en ik hoorde 'trrrrrr'
'Bij dat huis, daar op de hoek zit de vrouw altijd achter de computer, en de man ligt t.v. te kijken.'
'En hier staat een witte bestelauto met de tekst ...'
Ik begon onder de indruk te raken van mijn vaders vasthoudendheid. Elke avond aan een rondje schuifelen beginnen, en elke maand een paar meter verder komen. En dat voor een die zei: 'wandelen is niet nodig. Alle mooie uitzichten of belangrijke gebouwen kun je per auto bereiken. Overal zijn wegen aangelegd. En als er geen weg is aangelegd, was het kennelijk niet mooi of belangrijk genoeg.'

'Vanaf dit putje loopt de weg weer omhoog. Hier krijg ik het moeilijk.'
'Wil je stoppen?'
'Nee! Dat mag nu juist niet. Het gaat om onafgebroken doorwandelen. Ik moet door de pijn heen.'
Hij verbeet zich.
Ik viel stil.
'Soms krijg ik bij dit putje al pijn, soms pas op de hoek bij juffrouw Smal.'
'Praat maar niet meer, als het teveel inspanning kost.'
'Ha, je bent bang dat ik dood neerval he. Maar dat gaat zomaar niet hoor.'

Ons huis kwam in zicht.
'Ik kan nog wel een rondje'
'Zou je dat wel doen?'
'Ja, ik denk dat ik het kan'
We groetten dezelfde mensen die buiten zaten voor de tweede maal. We hoorden trrrr en het licht sprong aan. De man hing op de bank, de vrouw zat achter de computer. Het bestelbusje en het putje waren er nog.

(wordt vervolgd)

This page is powered by Blogger. Isn't yours?