<$BlogRSDUrl$>

3/19/2006

 
Ziekenhuis

Schone was, mandarijntjes, krant en boekjes mee. Lege plasticzak voor de was.
Al op de derde dag is het bezoekuur een routine. We bespreken de tekeningen van de kinderen, maar vooral ook de uitslagen van kweekjes en onderzoeken, die altijd voorlopig en nooit eenduidig blijken.

Na vier dagen blijven de testjes vaag, maar daar kunnen de specialisten heel goed mee omgaan, met die onzekerheid.
'Als ik het zo zie, lijkt het me dat we die grote behandeling sowieso maar moeten doen' zegt de specialist.
Wel of niet zes weken ziekenhuis, dat is de vraag.

'Nou, of toch...weet je wat...google maar even de minor en major criteria voor deze aandoening,' zegt de specialist tegen de arts in opleiding, dan weten we het zeker.'
Men wist het, ook na het googelen, nog niet helemaal zeker, maar we mochten het weekend thuis de uitslagen afwachten.

Ik haalde R. op. Hij stond op de stoep van het ziekenhuis te wachten, met een plasticzak en zo'n duurzame AH tas in zijn hand. De tekeningen van Lena bovenop. Ik baal. Het is veel te koud om zo lang op mij te wachten voor de ingang.
'Waarom sta je al buiten? Ik had je toch wel opgehaald van je zaal?' begroet ik hem.
'Het is heerlijk om weer buiten te mogen zijn.'
Hij gaat naast me zitten. Tegen onze gewoonte in, zit ik achter het stuur. Ik knijp even in zijn bovenbeen.

'Heb je taart gekocht?' vraagt hij als we de slagboom onderdoor zijn.
'Nee, ik heb geen taart in huis.'

Een half uur later zaten we bij Hotel New York en bestelden koffie met taart. Het was de beste taart, de beste koffie ooit. Het gedoe was voorbij.

's Avonds keek hij een beetje benauwd.
'Wat is er?'
'Ik voel me niet goed.'
'We bellen nu het ziekenhuis.'

Specialisten gaan beter om met die onzekerheid dan ik.

This page is powered by Blogger. Isn't yours?