10/05/2005
Weer bij de kapper
'Kijk. Ik vind het pieken in mijn nek.'
'Ja, inderdaad. Het is armoeiig.' De kapster kijkt me aan alsof ik het heb verpest.
'Maar jij hebt het de vorige keer geknipt,' probeer ik nog.
'Dat weet ik wel. Maar ik kan er ook niets aan doen als jij na de knipbeurt je haar niet onderhoudt. Je moet het wel stylen natuurlijk.'
Ze plukt wat in mijn haar. Uit alles is te lezen dat mijn haar niet meer te redden valt.
'Dan wil ik nu graag een kapsel wat je niet hoeft te stylen en wat er dan toch niet armoeiig uitziet.'
'Dat kan ik niet. Ik niet, en geen een kapper. Je moet gewoon een beetje fohnen, waxen, een beetje versteviging er in. Zo moeilijk is dat toch niet? Welke shampoo gebruik je eigenlijk?'
'Guhl.'
'Gewoon bij de drogist?' spuugt ze uit.
'Bij Albert Heijn.'
'Tsja. Daar zit zoveel zeep in...dan wordt het droog. En de kleur vervaagt. Net stro, jouw haar.'
Ze maakt er verder geen woorden meer aan vuil en start de volgende ondervraging.
'Hoe is het eigenlijk met jouw baby?'
'Heel goed, dank je.'
'Geef je nog borstvoeding?'
'Ja, hoezo?'
'Nou, dan kan je nog meer haaruitval verwachten. Slaapt hij al door?'
'Nee, nog niet.'
'Tsss. Ik snap niet waarom mensen het zichzelf aandoen'
'Borstvoeding?'
'Nee, kinderen.'
De ondervraging duurt voort. Ze breekt midden in mijn poging om mijn haren toch iets langer te houden.
'En hoe is de vader van jouw kinderen?'
'Hoe bedoel je?'
'Nou, ben je met hem omdat hij de vader van je kinderen is, of omdat hij jouw vriend is?'
'Uhm...hij is de vader van mijn kinderen omdat hij mijn vriend is'
'Je ziet dat bij zoveel mannen. Allemaal getrouwd met de moeder van hun kinderen.'
En ik vertrek na anderhalf uur met gratis levenslessen en een duur flesje shampoo in mijn handtas.
'Kijk. Ik vind het pieken in mijn nek.'
'Ja, inderdaad. Het is armoeiig.' De kapster kijkt me aan alsof ik het heb verpest.
'Maar jij hebt het de vorige keer geknipt,' probeer ik nog.
'Dat weet ik wel. Maar ik kan er ook niets aan doen als jij na de knipbeurt je haar niet onderhoudt. Je moet het wel stylen natuurlijk.'
Ze plukt wat in mijn haar. Uit alles is te lezen dat mijn haar niet meer te redden valt.
'Dan wil ik nu graag een kapsel wat je niet hoeft te stylen en wat er dan toch niet armoeiig uitziet.'
'Dat kan ik niet. Ik niet, en geen een kapper. Je moet gewoon een beetje fohnen, waxen, een beetje versteviging er in. Zo moeilijk is dat toch niet? Welke shampoo gebruik je eigenlijk?'
'Guhl.'
'Gewoon bij de drogist?' spuugt ze uit.
'Bij Albert Heijn.'
'Tsja. Daar zit zoveel zeep in...dan wordt het droog. En de kleur vervaagt. Net stro, jouw haar.'
Ze maakt er verder geen woorden meer aan vuil en start de volgende ondervraging.
'Hoe is het eigenlijk met jouw baby?'
'Heel goed, dank je.'
'Geef je nog borstvoeding?'
'Ja, hoezo?'
'Nou, dan kan je nog meer haaruitval verwachten. Slaapt hij al door?'
'Nee, nog niet.'
'Tsss. Ik snap niet waarom mensen het zichzelf aandoen'
'Borstvoeding?'
'Nee, kinderen.'
De ondervraging duurt voort. Ze breekt midden in mijn poging om mijn haren toch iets langer te houden.
'En hoe is de vader van jouw kinderen?'
'Hoe bedoel je?'
'Nou, ben je met hem omdat hij de vader van je kinderen is, of omdat hij jouw vriend is?'
'Uhm...hij is de vader van mijn kinderen omdat hij mijn vriend is'
'Je ziet dat bij zoveel mannen. Allemaal getrouwd met de moeder van hun kinderen.'
En ik vertrek na anderhalf uur met gratis levenslessen en een duur flesje shampoo in mijn handtas.