<$BlogRSDUrl$>

1/30/2005

 
Zwembad

Ik heb een hekel aan zwembaden. Ik heb een hekel aan de klamme warmte die bij binnenkomst al je kleren aan je lijf doet plakken en die het afpellen in de benauwde hokjes nog verder bemoeilijkt. Je kunt het alternatief proberen, de groepskleedruimte, maar dan voel je weer die klamme blote billen schuren tegen je naakte lijf. En dan, eindelijk in zwempak. De chloorlucht is verstikkend, het kindergekrijs is vermoeiend. Baantjes trekken betekent een slalom om drijvende bejaarden en klierende pubers.

Deze weerzin maakte dat ik nog nooit met Lena was gaan zwemmen. Ja, we waren naar zee geweest, we hadden ons vermaakt bij een plas. Maar nog nooit was ik met haar in een zwembad geweest. In mijn vrienden- en familiegroepje ben ik de enige. Net als borstvoeding, moet babyzwemmen volgens alle babybijbels op straffe van achterstand in motorische ontwikkeling, levenslange watervrees en geringe bonding.
Ik voel me latent schuldig over deze omissie in Lena’s ervaring. Maar hé, zeggen mensen die op dit onderwerp hebben doorgeleerd, het gaat niet om een perfecte ouder, het gaat erom good enough parent te zijn. En zo is het.

Vandaag was er een kinderpartijtje in een zwembad. Ik had mijn dikke buik als excuus voor mijn afwezigheid in de strijd geworpen, maar eigenlijk was ik ook wel nieuwsgierig naar mijn kind als waterrat. Ik kon een positie-badpak lenen van een vriendin en zo was die smoes ook geslecht.

Verkleden was nog net zo vervelend als gedacht, maar mijn kind in badpak deed alle klamme chloor ellende terstond vergeten. Wat een beauty is het toch, met haar blonde haartjes en bruine ogen, haar bolle buikje en nog kromme beentjes. We volgden de ervaren zwem-vaders en moeders het gedruis in.

Het eerste half uur heb ik alleen maar gedreven op het plezier van Lena. Ze ging helemaal op in het zwemmen en was nergens bang voor. Ik vergat alles om me heen.

Maar daarna begon ik mijn omgeving op te merken. Allemaal gezinnetjes. De meeste ouders gingen op in het zwieren en zwemmen met de kindjes. Maar er waren ook ouders die in de plastic tuinstoelen langs de waterkant aan het lezen waren: eenmaal ontcijferde ik een mij onbekende Duitse filosoof op de kaft, vaker schreeuwden de reuzeletters van Panorama mij toe.

Anders dan mijn tienerherinneringen aan zwembaden, waar elke zwembeweging een golf sensualiteit door het bad voortstuwde, waren lijven nauwelijks een issue in dit gezins-zwemuur. Geen geflirt, geen gedoe. Vrouwen zaten wijdbeens, mannen krabden zich op hun schouders. Ouders waren gericht op hun kinderen, of hoogstens op hun boek. Maar niet op seks, leek het.

Wat mij opviel was het gemak waarmee de ouders zich in hun halfnaakte lichamen bewogen. Het volkomen op hun gemak zijn met hun eigen lijf viel veel meer op dan het lichaam zelf. Want geen van de ouders had een perfect lichaam. Vrouwen hadden putten in de dijen en een buikje of een grote buik. De mannen hadden een rolletje of wat op hun buik. De huid hing ruimschoots om de botten. De billen slap, de schouders schriel of vet, maar nooit gespierd.

En volkomen op hun gemak met zichzelf.

Nu ik dit aan het schrijven ben, ligt Lena al in haar bedje. Maar aan het gebrabbel hoor ik dat ze nog lang niet zal slapen. Het gebonk verraadt dat ze rechtop in haar bedje staat te dansen. Soms hoor ik haar roepen ‘Plons Plons’.

This page is powered by Blogger. Isn't yours?