1/14/2005
Meehuilen (2)
Er is onderzoek gedaan naar vriendschap, hoorde ik op de radio. Wat zijn succesfactoren in vriendschappen. Het blijkt belangrijk om samen nieuwe dingen te blijven ondernemen. Ervaringsfeiten creeren, heette dat. Met praten, mailen en op de bankzitten is er een grote kans dat de vriendschap doodbloedt.
Samen dronken worden en samen huilen de bioscoop werd niet in dat onderzoek genoemd, maar volgens mij zijn het aanzienlijke factoren in succesvolle vriendschappen. In ieder geval in de mijne.
Ik ga vaak alleen naar de film (zoals ik vanmiddag zal gaan), maar ik heb de beste herinneringen aan films waarbij ik samen heb gehuild. Braking the Waves bijvoorbeeld. De film werd vertoond in een bioscoop waar men gelukkig geen pauze hanteert. Een vriendin en ik hoorden elkaar zachtjes snikken, maar we keken elkaar niet aan tijdens de film. Bij de aftiteling lieten we gewoon onze tranen stromen. We hoefden ons geen zorgen te maken over de roodomrande ogen en de uitgelopen mascara. Pas bij het eerste biertje lachten we door onze tranen heen. Geen analyse van de film. Alleen maar hoe mooi en hoe erg.
Ik heb het ook wel eens anders meegemaakt. Ik ging met een collega die ik niet goed kende naar de film. We hadden wel een tijdstip, maar nog geen film bepaald. Het werd een City of Angels, met Nicholas Cage. Het is geen goede film, maar dat is voor mij ook niet het criterium om wel of niet te huilen. In principe huil ik.
Tijdens de film huilde ik geluidloos. Met de boord van mijn trui veegde ik ongemerkt de tranen weg. De nazit was ronduit cold-turkey. Ik zat nog in romantisch- dramatische sferen, terwijl de collega een analytische blik wierp op camera-standpunten, episode-overgangen en geloofwaardigheid van de bijfiguren. Met hem ben ik nooit meer naar een film geweest.
Dancer in the Dark deed het goed als ervaringsfeit. De zaal was al snel muisstil. Vanaf het begin leefde ik mee met Björk. Wat erg. En dan werd het nog erger. En nee, het zal toch niet…het werd nog erger. Lang hield ik het droog, maar die gekunstelde droogheid wreekte zich. Toen er weer een dramatische wending kwam, kon ik een harde snik niet onderdrukken. Mijn snik veroorzaakte een domino-effect in de bioscoop. Men snikte niet, men huilde voluit.
Na afloop kreeg een biertje in mijn hand gedrukt. Ik moest het glas neerzetten omdat ik zo trilde dat het bier over het randje bibberde. Erg hè. Ja mooi. Heel erg.
Pas dagen later kon ik in andere termen over de film denken, over het vorm- experiment, over de mis-cast van Catherine Deneuve als fabrieksarbeider, over tegenstrijdigheden in de plot.
Ik ga eens even een fijne film uitzoeken voor vanmiddag.
Er is onderzoek gedaan naar vriendschap, hoorde ik op de radio. Wat zijn succesfactoren in vriendschappen. Het blijkt belangrijk om samen nieuwe dingen te blijven ondernemen. Ervaringsfeiten creeren, heette dat. Met praten, mailen en op de bankzitten is er een grote kans dat de vriendschap doodbloedt.
Samen dronken worden en samen huilen de bioscoop werd niet in dat onderzoek genoemd, maar volgens mij zijn het aanzienlijke factoren in succesvolle vriendschappen. In ieder geval in de mijne.
Ik ga vaak alleen naar de film (zoals ik vanmiddag zal gaan), maar ik heb de beste herinneringen aan films waarbij ik samen heb gehuild. Braking the Waves bijvoorbeeld. De film werd vertoond in een bioscoop waar men gelukkig geen pauze hanteert. Een vriendin en ik hoorden elkaar zachtjes snikken, maar we keken elkaar niet aan tijdens de film. Bij de aftiteling lieten we gewoon onze tranen stromen. We hoefden ons geen zorgen te maken over de roodomrande ogen en de uitgelopen mascara. Pas bij het eerste biertje lachten we door onze tranen heen. Geen analyse van de film. Alleen maar hoe mooi en hoe erg.
Ik heb het ook wel eens anders meegemaakt. Ik ging met een collega die ik niet goed kende naar de film. We hadden wel een tijdstip, maar nog geen film bepaald. Het werd een City of Angels, met Nicholas Cage. Het is geen goede film, maar dat is voor mij ook niet het criterium om wel of niet te huilen. In principe huil ik.
Tijdens de film huilde ik geluidloos. Met de boord van mijn trui veegde ik ongemerkt de tranen weg. De nazit was ronduit cold-turkey. Ik zat nog in romantisch- dramatische sferen, terwijl de collega een analytische blik wierp op camera-standpunten, episode-overgangen en geloofwaardigheid van de bijfiguren. Met hem ben ik nooit meer naar een film geweest.
Dancer in the Dark deed het goed als ervaringsfeit. De zaal was al snel muisstil. Vanaf het begin leefde ik mee met Björk. Wat erg. En dan werd het nog erger. En nee, het zal toch niet…het werd nog erger. Lang hield ik het droog, maar die gekunstelde droogheid wreekte zich. Toen er weer een dramatische wending kwam, kon ik een harde snik niet onderdrukken. Mijn snik veroorzaakte een domino-effect in de bioscoop. Men snikte niet, men huilde voluit.
Na afloop kreeg een biertje in mijn hand gedrukt. Ik moest het glas neerzetten omdat ik zo trilde dat het bier over het randje bibberde. Erg hè. Ja mooi. Heel erg.
Pas dagen later kon ik in andere termen over de film denken, over het vorm- experiment, over de mis-cast van Catherine Deneuve als fabrieksarbeider, over tegenstrijdigheden in de plot.
Ik ga eens even een fijne film uitzoeken voor vanmiddag.