11/13/2004
Telefoongesprek met Oom Otto
- Hoe is het met u?
- Niet best, niet best. Man, wat een koude voeten. Ik ben toch naar buiten geweest, naar cafe Schuttevaer. Toen ik thuiskwam heb ik aan de concierge een harde etenslucht gemeld. Die lui boven mij, die luchten nooit. En weet je wat die concierge toen zei?
- Nee?
- Dat het hem ook was opgevallen maar dat hij het wel prettig vond. In deze maatschappij kun je kennelijk niet meer verwachten dat mensen hun eigen troep opruimen. Efficiency, daar draait alles om. Ik heb ook een zwaarder punt gemeld. Een belangrijke kwestie. Ik heb schimmel op de muur. Dat komt omdat die buurvrouw enorm veel wast. Altijd een vochtige boel dus. En zij lucht ook al nooit. Ik vraag altijd aan mijn hulp om me te herinneren dat we moeten luchten.
- Luchten is heel belangrijk.
- Zeker. Ik heb nu een Chinese studente die bij mij schoonmaakt. Hoe die Engels spreekt...dat lijkt nergens op. Vandaag had ze het over Shrim, je weet weel, kroepoek Udang. Dus ik zeg: je bedoelt shrimP. ShrimP. ShrimPPPPP. Kijk, ik ben goed ingevoerd in deze zaken, maar een leek begrijpt niets van wat zij brabbelt.
Ze had kroepoek Udang gemaakt en wat voor me meegenomen om mij te laten proeven. Ze had dit gemaakt voor een etentje met mede-studenten. Ik heb haar gezegd dat dat zeker nog iets moest verbeteren voordat ze dit kon voorzetten aan anderen.
Want weet je, dit is natuurlijk niet handig. De Chinese keuken is hoog aangeschreven. Zij hoeft niet eens de hele maaltijd te bereiden, alleen die kroepoek. En dan gooit ze er zo met de pet naar.
- Ik zou in zo'n geval een leugentje om bestwil vertellen oom Otto. Mischien had ze wel heel erg haar best gedaan en wilde ze u verrassen.
- Daar gaat het niet om. Ze krijgt een kleine taak toebedeeld van haar medestudenten. Ze hoeft alleen maar een liflafje te bereiden. En dan is het zaak dat je dat echt goed doet, naar mijn mening. En hier kon zeker nog wat verbeterd worden.
- Hoe is het met u?
- Niet best, niet best. Man, wat een koude voeten. Ik ben toch naar buiten geweest, naar cafe Schuttevaer. Toen ik thuiskwam heb ik aan de concierge een harde etenslucht gemeld. Die lui boven mij, die luchten nooit. En weet je wat die concierge toen zei?
- Nee?
- Dat het hem ook was opgevallen maar dat hij het wel prettig vond. In deze maatschappij kun je kennelijk niet meer verwachten dat mensen hun eigen troep opruimen. Efficiency, daar draait alles om. Ik heb ook een zwaarder punt gemeld. Een belangrijke kwestie. Ik heb schimmel op de muur. Dat komt omdat die buurvrouw enorm veel wast. Altijd een vochtige boel dus. En zij lucht ook al nooit. Ik vraag altijd aan mijn hulp om me te herinneren dat we moeten luchten.
- Luchten is heel belangrijk.
- Zeker. Ik heb nu een Chinese studente die bij mij schoonmaakt. Hoe die Engels spreekt...dat lijkt nergens op. Vandaag had ze het over Shrim, je weet weel, kroepoek Udang. Dus ik zeg: je bedoelt shrimP. ShrimP. ShrimPPPPP. Kijk, ik ben goed ingevoerd in deze zaken, maar een leek begrijpt niets van wat zij brabbelt.
Ze had kroepoek Udang gemaakt en wat voor me meegenomen om mij te laten proeven. Ze had dit gemaakt voor een etentje met mede-studenten. Ik heb haar gezegd dat dat zeker nog iets moest verbeteren voordat ze dit kon voorzetten aan anderen.
Want weet je, dit is natuurlijk niet handig. De Chinese keuken is hoog aangeschreven. Zij hoeft niet eens de hele maaltijd te bereiden, alleen die kroepoek. En dan gooit ze er zo met de pet naar.
- Ik zou in zo'n geval een leugentje om bestwil vertellen oom Otto. Mischien had ze wel heel erg haar best gedaan en wilde ze u verrassen.
- Daar gaat het niet om. Ze krijgt een kleine taak toebedeeld van haar medestudenten. Ze hoeft alleen maar een liflafje te bereiden. En dan is het zaak dat je dat echt goed doet, naar mijn mening. En hier kon zeker nog wat verbeterd worden.