9/10/2003
Telefoongesprek met Oom Otto
(zie ook hier; hier en bijvoorbeeld hier en ook nog hier
- Dag oom Otto, hoe is het met u?
- Nou, gaat wel. Het weer helpt niet erg he. Ik had je al eerder gebeld vanavond, maar je was heel lang in gesprek. Echt bijzonder lang. Nu kan ik niet meer zo lang bellen want de hulp komt morgen en ik moet nog van alles doen. Ik heb een wasje in de week gezet. Normaal breng ik mijn overhemden naar de wasserette, maar er zaten nu allemaal bloedspatten op. Dat komt omdat mijn haartjes te lang waren. Bovendien doet mijn hulp dat ook niet goed in de wasserette. Hij moet die overhemden klam mee naar huis nemen, maar hij laat ze gewoon kurkdroog worden. Dat is natuurlijk niet goed. Ik moet ze nat ophangen met wasknijpers aan de punten van de boorden zodat ze kreukvrij opdragen.
Hij komt morgen weer. Ik moet hem zo precies instrueren en mag niets vergeten. Oh man. Dat is echt een heel geduvel. Ik ga morgen een indringend gesprek met hem voeren dat het zo niet langer kan. Hij komt altijd te laat en laatst had hij boodschappen voor mij gedaan. Volgens het kassabonnetje was hij mij nog 30 eurocent schuldig, maar nee hoor. Hij had natuurlijk weer geen wisselgeld. Hij denk nu zeker dat ik dat vergeten ben. Ik ben dan wel een oude sok, maar dit weet ik nog goed. Ik heb het direct op mijn takenlijstje voor morgen gezet.
En zo moet ik de hele rataplan doornemen. Dan doet hij boodschappen en dan zeg ik: pruimen van het merk Euroshopper. Ik had speciaal het lege zakje meegegeven. Waar komt hij mee aan? Met verse pruimen. Daar kan ik natuurlijk niets mee. Dat kan zo niet langer.
Nou, hoe is het met jou eigenlijk? Instrueer je die Balkenende nog een beetje, want die heeft dat wel nodig hoor!
- Het gaat wel goed met mij
- Dan ga ik zo ophangen. Ik moet nog een van beide voeten wassen. En die moeten goed drogen, zie je. Goed droogmaken is het behoud van je voeten. En ik moet ook nog flossen vanavond. Ik heb mijn pruimen al in het water staan voor het ontbijt morgen.
Nou, dag he?
(zie ook hier; hier en bijvoorbeeld hier en ook nog hier
- Dag oom Otto, hoe is het met u?
- Nou, gaat wel. Het weer helpt niet erg he. Ik had je al eerder gebeld vanavond, maar je was heel lang in gesprek. Echt bijzonder lang. Nu kan ik niet meer zo lang bellen want de hulp komt morgen en ik moet nog van alles doen. Ik heb een wasje in de week gezet. Normaal breng ik mijn overhemden naar de wasserette, maar er zaten nu allemaal bloedspatten op. Dat komt omdat mijn haartjes te lang waren. Bovendien doet mijn hulp dat ook niet goed in de wasserette. Hij moet die overhemden klam mee naar huis nemen, maar hij laat ze gewoon kurkdroog worden. Dat is natuurlijk niet goed. Ik moet ze nat ophangen met wasknijpers aan de punten van de boorden zodat ze kreukvrij opdragen.
Hij komt morgen weer. Ik moet hem zo precies instrueren en mag niets vergeten. Oh man. Dat is echt een heel geduvel. Ik ga morgen een indringend gesprek met hem voeren dat het zo niet langer kan. Hij komt altijd te laat en laatst had hij boodschappen voor mij gedaan. Volgens het kassabonnetje was hij mij nog 30 eurocent schuldig, maar nee hoor. Hij had natuurlijk weer geen wisselgeld. Hij denk nu zeker dat ik dat vergeten ben. Ik ben dan wel een oude sok, maar dit weet ik nog goed. Ik heb het direct op mijn takenlijstje voor morgen gezet.
En zo moet ik de hele rataplan doornemen. Dan doet hij boodschappen en dan zeg ik: pruimen van het merk Euroshopper. Ik had speciaal het lege zakje meegegeven. Waar komt hij mee aan? Met verse pruimen. Daar kan ik natuurlijk niets mee. Dat kan zo niet langer.
Nou, hoe is het met jou eigenlijk? Instrueer je die Balkenende nog een beetje, want die heeft dat wel nodig hoor!
- Het gaat wel goed met mij
- Dan ga ik zo ophangen. Ik moet nog een van beide voeten wassen. En die moeten goed drogen, zie je. Goed droogmaken is het behoud van je voeten. En ik moet ook nog flossen vanavond. Ik heb mijn pruimen al in het water staan voor het ontbijt morgen.
Nou, dag he?