<$BlogRSDUrl$>

9/25/2003

 
De bevalling

Ik was uitgerekend op 15 februari. Of beter: Lena was uitgerekend op die datum, maar of het een jongen of meisje zou worden, wist ik toen nog niet. Op een of andere manier had zich het idee in mijn hoofd genesteld dat Lena veel later zou komen. Ik vertrouwde die berekeningstechnieken niet. Die berekening gaat namelijk als volgt. Op een beeldscherm zie je een miniem klein bewegend friemeltje. De arts klikt dan met de muis op het staartje en het koppie van dat bewegende wormpje. Dit leek mij geweldige meetfouten te kunnen opleveren. Het hele kindje van kop tot staart was toen 8mm groot. De arts hoeft er maar een fractie van een mm naast te zitten met zijn cursor omdat zij die avond tevoren flink heeft doorgezakt, en je kind is opeens 3 maanden ouder, bij wijze van spreken. Dus ik nam die datum met een flinke korrel zout.
Mijn zwangerschap was probleemloos verlopen. Ja, ik had een opgeblazen hoofd, mijn voeten leken wel ballonnetjes, mijn ringen pasten niet meer, ik moest vijf keer per nacht naar de wc en ik waggelde als een tuimelaar, maar dat waren kleine ongemakken. Daar stond tegenover dat het zwangerschapshormoon zorgde dat je haren niet meer uitvielen. In de 9e maand had ik een bos haar als tina turner.
Aanvankelijk wilde ik in het ziekenhuis bevallen. Ik heb het namelijk niet zo op eerste lijnszorg. Huisartsen en verloskundigen weten namelijk nooit iets echt. Ze doen kansberekeningen. Ze maken nooit een rontgenfoto: ze moeten gissen of het wel of niet ernstig is en daar heb ik slechte ervaringen mee. Tegen mijn moeder werd gezegd dat ze vast een spiertje had verrekt tijdens aerobics, toen ze voor de derde keer met klachten kwam van pijn onder haar ribben. Pas toen ze 10 kilo was afgevallen, begon het bij de huisarts te dagen dat er onder je ribben meer zit dan een spiertje. Het bleek longkanker te zijn.
Voor mij geen thuisbevalling, hield ik 5 maanden vol. Maar gesterkt door mijn voorbeeldige zwangerschap en ook nog eens door de thuisbevalmaffia, besloot ik dat een bevalling volkomen natuurlijk was, en dat dat het beste thuis kon gebeuren. Ik had had het idee dat ik het kindje ook wel even uit zou poepen. Die bevalboeken zijn echt heel erg hoor. Zo staat er in een van die boeken 'dat je je echt niet schuldig hoeft te voelen als je in het ziekenhuis bevalt hoor'. Wel dus. En de voorlichting bij de verloskundige was ook niet geheel neutraal: 'thuisbevallen is natuurlijk het beste'.
Omdat ik Lena pas over twee weken verwachtte, hadden we thuis nog niet de laatste voorbereidingen getroffen. Maar op woensdagavond voelde ik iets anders dan anders. Het was niets fysieks, maar opeens kwam er onrust over mij. 'Voor het geval dat' wilde ik opeens dat mijn tas voor het ziekenhuis klaarstond (met kleertjes voor 'de baby' en spullen voor mij), er moest een zeiltje in bed komen (om al het bloed etc. op te vangen), het kamertje van 'de baby' moest nu echt af. R. zette mijn buik voor het eerst op de video. Hij filmde hoe ik mij uit de bank hees. Voor de camera doe ik mijn trui omhoog en je ziet een strakgespannen buik met wel plaats voor drie voetballen en zware, volle borsten.
Die nacht 'braken de vliezen'. Het was alsof een emmer lauw water tussen mijn benen werd geleegd. Ik was totaal niet bang, eerder opgewonden. Het gaat beginnen, het gaat beginnen. R. verschoonde het laken en ik dacht nog verder te kunnen slapen. Dat lukte niet meer. Op dat moment had ik nog maar een zeurend pijntje, nog niet zo erg dat het me uit mijn slaap zou houden. Het was die opwinding die mij uit mijn slaap hield.
Na een uurtje besloot ik dat in bed liggen geen zin meer had, slapen kon ik toch niet en ik hield R. maar wakker. Ik zei gedecideerd dat R. naar zolder moest om nog even wat slaap te krijgen nu het nog kon en dat gaf mij de ruimte om een beetje te spoken in huis.
De weeen begonnen rond een uur of drie 's nachts. Ook nu was ik niet bang voor de pijn. Ik liep een beetje op en neer. Als zich weer een wee aankondigde, hing ik wat over de reling van de vide en tussendoor keek ik uit op de verlichte brug 'de hef'. Het was stil in de nacht en ik voelde me sterk en goed.
(later meer)

This page is powered by Blogger. Isn't yours?