<$BlogRSDUrl$>

9/30/2003

 
De bevalling (3)
Zie ook 1 en 2

De intensiteit van de weeen nam nog steeds toe, zowel qua sterkte als qua frequentie. Ik kon de pijn nog maar net aan, dacht ik. Opeens begon ik mij zorgen te maken: als dit nog maar het begin is, kan ik het dan wel? Ik had inmiddels 12 uur weeen en ook de vermoeidheid voelde ik. Bij een wee spannen al je spieren. Dat is na 12 uur heel vermoeiend.
De verloskundige kwam weer langs. Zelfde procedure. Toucheren dat geen toucheren is, maar eerder wrikken als een loodgieter. Ze dacht dat ik het niet zag en schudde mismoedig het hoofd naar R. Ze ging ervoor zitten om een slecht nieuws gesprek met mij te voeren: 'je doet het heel goed en je hebt goede weeen, maar je hebt nog maar 1 cm. ontsluiting'. Een centimeter! In twaalf uur! En zij noemt het 'goede weeen'!
Ik zag het opeens helemaal niet meer zitten.
De weeen werden zeer pijnlijk en kwamen om de vier minuten. Zo'n hevige pijn had ik me van tevoren nooit kunnen voorstellen. Ik probeerde allerlei houdingen uit: staan, liggen, voorovergebogen, douchen, hangen aan de deurpost...niets hielp echt. Van mijn collega had ik en skibbybal gekregen. Het zou prettig zijn om daarop te zitten tijdens een wee. Totale ontspanning was mij voorgespiegeld. Ik zette R. aan het blazen. Met veel moeite lag daar dan een oranje glanzende bal op de overloop. Tijdens een wee ging ik half zitten om meteen weer op te staan. Dit was helemaal niks. R. kon de skibbybal weer inpakken. Van een andere vriendin had ik de tip gekregen om op een plastic krukje onder de douche te zitten. Ik probeerde het bij een wee, maar zitten was pijnlijker dan staan. Ook de speciaal aangeschafte kruk kon R. weer afvoeren. Op mijn knieen, met mijn handen over de badrand heb ik de meeste uren doorgebracht. Niet dat het echt hielp. Het gillen en jammeren hielp wel. Misschien dat het puffen van de yoga verlichtte, maar het was als pijnbestrijding echt ontoereikend.
In de film had ik gezien dat vrouwen altijd bezweet zijn, maar in dat stadium was ik nog niet beland. Gewoon pijn, heel veel pijn. R. wreef over mijn rug, probeerde of ik nog een slok water wilde. Maar ik wilde helemaal niets. Ik wilde alleen maar dat hij continu aan mijn zijde was. Zelfs voor het naar de wc gaan moest hij toestemming vragen. Hij wachtte een wee af, en rende naar beneden om een glas water te drinken of naar de wc te gaan en probeerde bij de volgende wee weer bij me te zijn. Als dat niet lukte, gilde ik het uit. R! Komen! Nu!

Om zeven uur 's avonds kwam de verloskundige nog eens langs. Inmiddels was ik 16 uur weeen aan het opvangen en de weeen werden alleen nog maar heftiger. Ik had het nooit gedacht van mijzelf dat ik me zou laten gaan in gezelschap, maar in haar aanwezigheid gilde ik het uit bij elke wee. Ze wilde weer toucheren maar dat leek mij nu onmogelijk. Ik had al mijn aandacht nodig om de weeen te lijf te kunnen gaan. Ze probeerde tussen twee weeen door haar loodgietershandelingen te verrichten, maar dat lukte natuurlijk niet. Ze wrikte zo hard dat het bloed tussen mijn benen sijpelde. Dat was volkomen normaal, verzekerde ze me. Ook de stagiaire wilde weer oefenen op mij maar ik werd met elke wee mondiger. Dat oefenen moest ze maar op een pop doen.
De verloskundige zette weer haar 'we moeten eens praten' gezicht op. Ik moest naar het ziekenhuis want het schoot niet op.
Het aankleden tussen de weeen door kostte heel veel moeite. Ik kon niet staan, ik kon niet zitten. Alles deed pijn. Ik moest me dik aankleden, want buiten vroor het.
De verloskundige nam afscheid van ons. We zouden het verder wel redden in het ziekenhuis, toch? De stagiaire zou als extra service met ons meerijden naar het ziekenhuis.
R. zette de auto dichtbij en ik liep het kleine stukje van de voordeur naar de auto. Ik kreeg een wee. Hangend, leunend, kreunend, voelde ik me op dat moment als in de film. Dat gevoel bleef ik houden tijdens de rit, toen ik wee na wee moest opvangen in een ongemakkelijke positie op de achterbank.
Ondertussen dacht ik helemaal niet meer aan een lief kindje in mijn buik. Ik voelde alleen die pijn die pijn die pijn die verdomde pijn.
Aangekomen in het ziekenhuis strompelde ik naar de verloskamer die ons door een ongeinteresseerd receptiemeisje werd gewezen. Hadden we nog geen ponskaartje? We moesten eerst een ponskaartje hebben hoor. Ik zei dat dat nu echt niet ging en dat dat later wel kwam. De vrouw van de receptie vond dat maar onzin. Het was regel om eerst een ponskaartje te maken. Ik werd gered door een wee en ging niet meer in discussie. Ik hield me vast aan de reling in de gang. Hangend aan de reling kon ik de pijn van de weeen iets verlichten.
We arriveerden in een kamer met afthands meubilair. Er was niemand. Gedrieeen stonden we maar wat. Mijn weeen werden minder. Na 20 minuten vroeg ik de stagaire om erop uit te gaan om iemand te halen 'maar ik ken hier ook niemand', piepte het meisje. Ze ging toch op pad om vervolgens lang weg te blijven. Uiteindelijk verscheen een verpleegkundige tussen de vaal gele gordijnen. Ik kon me uitkleden. Naief vroeg ik of ik mijn onderbroek aan of uit moest doen. 'dat kan ons niet schelen', zei de verpleegkundige. Gezellig zou het niet worden, hier in de verloskamer.
In de verloskamer naast ons hoorde ik een vrouw schreeuwen alsof ze werd doodgeknepen. Zo'n geluid kon je alleen maar voortbrengen in doodsnood. Ze werd gemarteld, dat kon niet anders. Wordt vervolgd

This page is powered by Blogger. Isn't yours?